• Ga samen aan tafel zitten rond een lichtje,
dit kan een gewone kaars zijn of een waxinelichtje.
• Leg de viltdoek (als u deze zelf gemaakt heeft) of de tekening van de vijfde zondag erbij. (zie de Extra's bij de kinderwoorddienst)
• Steek het lichtje aan en zing/bid samen:
Lied: Ik ben de wijnstok
Ik ben de wijnstok,
mijn Vader de wijngaardenier.
Gij zijt de ranken,
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.
Zingt voor de Vader de wijngaardenier;
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.
• Lees dan het verhaal uit het Evangelie van Johannes 3,14-21 uit de Bijbel of lees de navertelling.
In de evangelielezing van vandaag vergelijkt Jezus zichzelf met de stam van een druivenplant en wij zijn de takjes die uit de stam groeien. Wij zijn zo verbonden met Jezus en Hij draagt en voedt ons.
Navertelling Johannes 15,1-8
De evangelielezing van vandaag is Johannes 15,1-8. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen. (Dit is niet de lezing van deze zondag, maar de lezing waarop het project gebaseerd is.)
Jezus is de ware wijnstok
Op een dag zegt Jezus tegen zijn leerlingen: “Ik wil jullie iets uitleggen over Mijzelf. Ik zie Mezelf zo: Ik ben de stam van Gods druivenplant en jullie zijn mijn takken. En God, God is de tuinman. De takken waar geen druiven aan groeien haalt God weg. De takken waar wel druiven aan groeien snoeit Hij; Hij maakt ze kort. Want als de takken gesnoeid zijn komen er volgend jaar nog meer druiven aan.
Jullie lijken op de goede takken, dat zijn de takken die gesnoeid zijn. Dat snoeien deed Ik door met jullie te praten. Mijn woorden sneden de slechte dingen uit jullie weg. Nu zijn jullie zonder die slechte dingen helemaal schoon geworden. Dat willen we natuurlijk zo houden. Daarom moeten jullie goed contact houden met Mij. Over en weer moeten we met elkaar verbonden blijven. Jullie hebben Mij nodig om goed leven. Het is net als met de druivenplant. Er groeien alleen maar druiven aan takken die vastzitten aan de stam van de druivenplant. De takken hebben de stam nodig. Aan losse takken groeit niets.
Als je met Mij contact houdt kun je goede dingen doen. Maar zonder Mij kun je niets. Dan gaat het verkeerd met je. Wanneer je niet met Mij verbonden bent, dan ben je als een tak die afgerukt is van de stam. Zo’n tak krijgt geen water en verschrompelt. Hij wordt opgeruimd en in het vuur gegooid. Maar als jullie wel met Mij verbonden blijven en jullie naar Mij luisteren, dan zal alles wat je vraagt, gebeuren. Als leerlingen van Mij, de wijnstok zullen jullie dan veel goeds doen. Daardoor kunnen de mensen weten hoe God in de wereld werkt.”
• Praat met elkaar door over het verhaal
- Kijk samen naar het viltbord met de afbeelding van deze zondag. Wat zie je? (Een wijnstok die in bloei staat, met vruchten en vogeltjes. Je kunt hem ook eerst samen afmaken.)
- Hoe komt het dat alles zo mooi kan groeien en bloeien? (Dat komt doordat alle takken verbonden zijn met de stam, en door de stam met de wortels, die voedsel uit de grond halen.)
- Terug naar het verhaal: Jezus zegt dat Hij de stam is. In de vorige mini-vieringen hadden we het over beeldspraak. Dit is ook weer zo’n beeldspraak. Wat bedoelt Jezus? Waarom zou Hij de stam zijn? (Denk maar aan een plant, Hij zorgt ervoor dat het goede bij iedereen terecht komt.)
- Wie weet wat een stamboom is? Een stamboom laat de takken (of de vertakkingen) van jouw familie zien. Door een stamboom zien we wie onze familie is en dat we met elkaar verbonden zijn.
Kies een stamboom uit, bij de Extra's van de kinderwoorddienst van deze zondag, en druk die af. Vul hem samen in. Lukt het om alle opa's en oma's en neefjes en nichtjes er ook in te krijgen?
- Soms hebben we familie in het buitenland, of in Nederland maar in een andere stad. Deze land- en plaatsnamen kunnen er ook bij geschreven worden. Ook al wonen we heel ver uit elkaar, toch zijn we als familie met elkaar verbonden.
- Maar wat als iemand in de stamboom overleden is? Dan mag je erbij schrijven dat hij of zij nu in de hemel woont. Onze stamboom groeit tot in de hemel! We vergeten elkaar nooit, we laten elkaar nooit los.
- Heeft Jezus ook een plekje in de familiestamboom? Waar dan? (Als je goed naar het verhaal geluisterd hebt zou Jezus de stam kunnen zijn. Maar Hij kan ook op allerlei andere plaatsen zitten: bovenop om het Licht van God op te vangen, in de vruchten, als voedsel voor de mensen, in de wortels, als basis van je gezin... en op nog veel meer plaatsen. Er zijn geen foute antwoorden.)
• Kijk en Luister naar het liedje ‘De ware wijnstok’ van Elly en Rikkert
Gebed om zegen en groei
Goede God,
Ooit was ik nog zo klein
als een zaadje in de grond,
maar U wilde dat ik ging groeien!
U gaf mij leven en licht,
U gaf mij voedsel en water,
U gaf mij een eigen plekje
waar ik veilig en beschut kan bloeien.
Papa en mama helpen U mee.
Ze beschermen me als er gevaar is.
Ze zijn streng als ik stout ben.
Ze troosten me als ik verdrietig ben.
Ze knuffelen me als ik lief ben.
Broertjes en zusjes spelen met me.
Opa’s en oma’s verwennen me.
Ooms en tantes feliciteren me.
Neefjes en nichtjes groeien met mij mee.
Wilt U ons allemaal zegenen,
of we nu dicht bij elkaar wonen,
of juist heel ver weg.
Want met onze gedachten zijn we zó bij elkaar,
en zijn wij zó bij U.
Amen
• En eindig met het Onze Vader.
• Sluit af door het lichtje uit te blazen. In je hart blijft het branden.
Gesprek met de kinderen
Wie weet wat een stamboom is? Een stamboom laat de takken (of de vertakkingen) van jouw familie zien: wie is familie van jou?
Hieronder zie je een voorbeeld van een stamboom: helemaal bovenaan zie je opa en oma. Daaronder hun twee dochters die getrouwd zijn en hún kinderen. Dus papa en mama zie je, een oom en tante, en een broertje, zusje, neefje of nichtje.
Wat laat een stamboom dus zien?
- Wie onze familie is.
- Dat we verbonden zijn met elkaar.
- Dat we bij elkaar horen.
Deze stamboom is heel klein, want je hebt natuurlijk nóg een opa en oma, en misschien wel meer ooms en tantes, broertjes en zusjes en neefjes en nichtjes. Daarom mag je nu jouw eigen stamboom maken. Hoeveel namen kan jij invullen? Is er genoeg of te weinig plek in deze stamboom?
Opdracht 1: Laat de kinderen een lege stamboom uitkiezen (zie bij Extra’s) en deze invullen. Help natuurlijk mee als dit nodig is. Belangrijkste namen zijn de opa’s en oma’s, papa en mama, ooms en tantes, broers en zusjes en neefjes en nichtjes.
Bonusopdracht: Waar wonen zij?
Soms hebben we familie in het buitenland, of in Nederland maar in een andere stad. Deze land- en plaatsnamen kunnen de kinderen ook erbij schrijven. Ook al wonen we heel ver uit elkaar, toch zijn we als familie met elkaar verbonden. Maar wat als iemand in de stamboom overleden is? Dan mag je erbij schrijven dat hij of zij nu in de hemel woont. Onze stamboom groeit tot in de hemel! We vergeten elkaar nooit, we laten elkaar nooit los.
We hebben net een mooi bijbelverhaal gehoord over Jezus die zichzelf met een druivenplant vergelijkt, dat is ook een soort boom – een kleintje. Net als een boom heeft een druivenplant een stevige stam met meerdere takken, bladeren en vruchten. Jezus vertelt dat wij op die manier met Hem verbonden zijn. Wij zijn dus ook een soort familie van Jezus.
Opdracht 2: Als je Jezus een plekje mag geven in jouw eigen familiestamboom, waar is dit dan?
• Het ‘goede’ antwoord, of het antwoord dat het dichtste bij de bijbeltekst staat is dat Jezus de stam is. De kinderen kunnen Jezus’ naam in of bij de stam schrijven. Wat betekent het dat Jezus de stam is van onze familiestamboom?
Mogelijke antwoorden van de kinderen zijn dat de stam alle takken en bladeren draagt, zo draagt Jezus ons dus ook, of dat een stam de boom beschermt tegen de wind en zo de takken en bladeren bij elkaar probeert te houden. Jezus zal altijd proberen om familie bij elkaar te houden en te zegenen, ook als het soms stormt in de familie, als er misschien ruzie is, of als er verdriet is door tegenslag, een ongeluk of ziekte.
U kunt ook vertellen dat door de stam het water en voedsel uit de wortels naar alle takken en bladeren gebracht wordt: Jezus voedt ons dus als Hij de stam is. Wat doet Jezus’ voedsel met ons? Het laat ons geloof groeien, het laat de liefde in ons hart groeien waardoor wij lieve en goede mensen worden.
Hoe noemen wij het voedsel van Jezus dat wij in de Mis ontvangen? De heilige Communie, of de Hostie of het Lichaam van Christus. (Ook de Wijn, het Bloed van Christus, is voedsel of drank dat in de Mis gedeeld kan worden.)
• Andere antwoorden zijn echter ook prima. Misschien schrijft een kind Jezus’ naam wel tussen de andere namen: Jezus is dan onze naaste, onze familie, Hij is één van ons. Dit past natuurlijk heel mooi bij Jezus die mens geworden is en met ons op weg gegaan is.
Als een kind de naam van Jezus in de top van de boom of in de bladeren schrijft, dan zou je kunnen vertellen dat Jezus net als de bladeren het zonlicht van God probeert op te vangen, daar groeit Hij naartoe. Of Hij wijst ons zo aan waar de hemel is.
Als een kind de naam Jezus in een tak schrijft, dan kan je bijvoorbeeld vertellen dat Hij ons draagt en vasthoudt, of dat Hij ons vasthoudt maar wel meebeweegt in de wind. (Oftewel Hij beweegt mee met ons leven en met onze levenskeuzes, ook als wij soms in een andere richting gaan.)
Kijk tot slot naar het viltdoek. De wijnstok was al gegroeid, maar nu gaat het door de goede voeding op alle takken bloeien en vruchtdragen. Maar samen met de kinderen de wijnstok tot een mooie bloeiende of vruchtdragende druivenplant.
Extra vraag: hoe kunnen we de familiestamboom of de familie van Jezus op aarde noemen? Dit is een moeilijke vraag voor oudere kinderen/tieners, waarschijnlijk zult u zelf het antwoord moeten vertellen: de stamboom of de familie van Jezus op aarde kunnen we de kerk noemen.
Klimboomspelletje
Een heel fysiek spel, bij uitstek geschikt voor ouder en kind, of voor een stevige kinderwoorddienstleider.
Groeien gaat normaal heel langzaam, je merkt het bijna niet. Maar zodra je puber bent gaat het soms even iets te snel, dan krijg je groeistuipen en groeipijntjes! Groeien is soms dus best wel zwaar.
Hoe doet zo’n zaadje dat toch? Eerst komt een klein worteltje dat onder de grond verborgen is en dieper en dieper kruipt. Maar plots steekt het eerste stekje boven de grond om regenwater en zonlicht op te vangen. Steeds hoger en hoger groeit het, van een zaadje naar een grote plant of zelfs een boom.
Oefening:
- een ouder speelt de stam. (of een stevige volwassen kinderwoorddienstleider)
- een kind zit op de grond en omklemt met armen en benen ‘de stam’/de benen.
- Het probeert nu omhoog te klimmen, probeert te groeien tot aan de hoogste takken.
- Via benen en middel, misschien met behulp van de riem. De benen worden rondom de volwassen heupen geslagen om even te rusten en nog hoger te klimmen.
Zwaar hè?
- Nu kunnen de armen van de ouders een beetje steun geven als dikke takken, zodat het klimmen wel veilig is.
- Lukt het misschien om op de schouders of zelfs nek te gaan zitten?
Dit is het moment om samen jullie armen uit te spreiden als de bovenste takken van een boom.
Gelukt!
Oefening voor oudere kinderen: groei na de snoei
De druivenplant die gesnoeid wordt lijkt kaal of kapot, maar zal toch weer groeien en zelfs mooier en voller worden.
- Vraag aan de oudere kinderen/tieners of zij voorbeelden kunnen bedenken van een ervaring of gebeurtenis waardoor iemand zich een tijdje kwetsbaar voelt of nutteloos, verdrietig of onzeker, maar waar je toch sterker uit voort kan komen. een ervaring waar je iets van kan leren.
Denk bijvoorbeeld aan een proefwerk waar je niet goed voor geleerd hebt, of waarvan je de stof niet goed begreep, waardoor je een onvoldoende hebt gehaald. Door vragen te stellen aan de leraar en het nog een keer te leren en te proberen, kan je het uiteindelijk nog beter begrijpen dan als je het in één keer gehaald had.
Geef een voorbeeld van iets wat mis leek te gaan, maar waar u zelf sterker uit bent gekomen. Zoals de voorbeelden hieronder.
Ik ben ooit eens gezakt voor mijn schoolzwemdiploma terwijl de andere kinderen wel geslaagd waren. Ik schaamde me een beetje en lachte het weg tijdens het kwartiertje vrij zwemmen na afloop. Uiteindelijk heb ik in de jaren daarna alle zwemdiploma’s gehaald, terwijl veel andere kinderen juist stopten met zwemlessen.
Ik was op een middag veel te snel aan het fietsen en plots zag ik dat mijn voorlicht nog aan het branden was. In volle vaart probeerde ik met mijn voet de dynamo weg te klikken. Mijn voet kwam echter tussen de spaken en ik maakte tussen alle rijdende auto’s een salto en viel op mijn rug. Gelukkig had ik enkel kleerscheuren, een gekneusde enkel en een geschaafde knie. Ik liep een paar dagen een beetje mank, maar sindsdien ben ik voorzichtig en verstandig als ik in het verkeer fiets. Ik had dus wat geleerd! Ik was door dit ongeluk als het ware een beetje gegroeid.
- Die gesnoeide, kale druivenplant lijkt kwetsbaar, maar is eigenlijk heel krachtig. Jullie kennen misschien ook kinderen/tieners die kwetsbaar lijken, bijvoorbeeld omdat zij verlegen zijn, of een ziekte hebben, of nog wat moeite met leren hebben, niet uitblinken in sport, of stil zijn om een reden die je niet kent. Zij lijken wat op een gesnoeide struik. Zou het kunnen dat zij ook van binnen een kracht hebben die nog zichtbaar moet worden?
Vraag aan de kinderen/tieners of zij iemand kennen die zo kwetsbaar lijkt; ze hoeven geen namen te noemen maar enkel even aan hem of haar te denken. Hoe gaan de andere kinderen met hem of haar om? Hoe gaan zij zelf met hem of haar om?
Wat zou je kunnen doen om zo’n kind/tiener te laten groeien en bloeien? Hoe zou je kunnen helpen om de kracht en het talent te laten zien dat in dit kind/deze tiener aanwezig is?
Optionele opdracht: teken een klein, iel en kaal boompje op het bord. Laat de oudere kinderen/tieners hier omheen schrijven wat ze zouden kunnen doen. De eerste woorden/zinnen vormen de stam, de volgende woorden/zinnen de takken, de laatste woorden/zinnen het loof en de vruchten. Zo groeit het iele boompje voor hun ogen tot een stevige en bloeiende boom.
Extra: Knutselen stambomen bij opdracht 1
Laat de kinderen een lege stamboom uitkiezen en deze invullen. Help natuurlijk mee als dit nodig is. Belangrijkste namen zijn de opa’s en oma’s, papa en mama, ooms en tantes, broers en zusjes en neefjes en nichtjes.
Werkwijze
Druk voor elk kind een stamboom af. En laat ze de namen invullen. Misschien weten ze niet alle namen, dat is dan een mooie opdracht om daar thuis met de ouders nog eens naar te kijken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten