Project voor de Veertigdagentijd: Ik ben de Wijnstok
In de evangelielezingen van de Veertigdagentijd horen we hoe Jezus verschillende personen ontmoet. Al die ontmoetingen vormen Jezus. Ze maken Hem tot de mens die Hij is. Soms zijn de ontmoetingen opbouwend en groeit Jezus daarvan. Maar er zijn ook personen die bedreigend zijn voor het ideaal van Jezus.
Op de vijfde zondag van dit veertigdagentijdproject vergelijkt Jezus zichzelf met een wijnstok. Jezus die zichzelf met de wijnstok vergelijkt hebben we gebruikt als beeld voor al zijn ontmoetingen. Er zijn ontmoetingen die Jezus, de wijnstok, doen groeien en er zijn ontmoetingen die bedreigend zijn voor de wijnstok.
Op deze derde zondag wil Jezus Zichzelf sterken in zijn opdracht door in gebed te gaan en de stilte te zoeken in de tempel. Bij aankomst ziet Hij dat de tempel gebruikt wordt als markthal. Dat raakt Jezus in zijn ziel omdat niet alleen het huis van God ontheiligd wordt maar ook alles waar Jezus voor staat.
De eerste tekenen dat het werk van Jezus niet alleen maar ‘groei’ kent worden zichtbaar.
Deze zondag wordt dit uitgebeeld door dieren die knagen aan de stam en onkruid dat de groei van de wijnstok belemmert.
Mini-viering voor thuis - 3e zondag van de veertigdagentijd
Voorlopig gaan veel kerkdiensten niet door i.v.m. het coronavirus. Daarom maakten we een kleine viering, die aansluit bij het 40 dagenproject ‘Ik ben de wijnstok’ en die je thuis als gezin kunt houden. Zo kun je samen stilstaan bij alles wat er gebeurt en hoop vinden in de woorden van God.
Mini-viering 7 maart 2021
• Ga samen aan tafel zitten rond een lichtje,
dit kan een gewone kaars zijn of een waxinelichtje.
• Leg de viltdoek (als u deze zelf gemaakt heeft) of de tekening van de derde zondag erbij. (zie de Extra's bij de kinderwoorddienst)
• Steek het lichtje aan en zing/bid samen:
Lied: Ik ben de wijnstok
Ik ben de wijnstok,
mijn Vader de wijngaardenier.
Gij zijt de ranken,
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.
Zingt voor de Vader de wijngaardenier;
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.
• Lees dan het verhaal uit het Evangelie van Johannes 2,13-25 uit de Bijbel of lees de navertelling.
De evangelielezing van vandaag vertelt over het bezoek dat Jezus aan de tempel brengt om er te gaan bidden. De tempel wordt echter gebruikt als markthal. Dit maakt Jezus woedend en Hij maakt korte metten met deze ontheiliging van Gods huis.
Jezus is boos
Het is bijna Pasen. Dat betekent groot feest, ook voor Jezus en zijn vrienden. Net als veel andere mensen gaan zij naar Jeruzalem. Daar gebeurt het. Daar voel je het beste dat het Pasen is. Dat komt doordat de tempel in Jeruzalem staat. En natuurlijk door alle andere mensen die ook willen vieren dat God zijn volk bevrijd had uit Egypte.
In Jeruzalem aangekomen loopt Jezus rechtstreeks naar de tempel. Zo, daar is het druk. Overal op het binnenplein van de tempel staan verkopers te schreeuwen. “Hier de mooiste duiven!” “De gaafste lammetjes vindt u bij ons!“ “Bij ons zijn uw Romeinse munten het meeste waard…” In de tempel mag je niet betalen met geld waar het hoofd van de keizer op staat dus iedereen moet wel langs zo’n geldwisselaar. Zij doen hier goede zaken.
Jezus ziet de enorme drukte, Hij hoort het geblaat van de schapen en het geschreeuw van de handelaars. Hoe dichter Hij bij de tempel komt, hoe bozer Hij wordt. Ergens graait Hij een paar touwen vandaan. Hij maakt er een zweep van. Met die zweep jaagt Hij iedereen naar buiten. Zelfs de dieren. De tafeltjes met munten gooit Hij omver. Ze stuiteren overal heen. Tegen de duivenverkopers roept Hij: “Weg met al jullie spullen. Jullie maken een markthal van het huis van God!”
Zijn leerlingen kijken verbijsterd toe. Dan fluistert er eentje tegen de anderen: “Weet je, ik moet nu denken aan wat er ergens in de Bijbel staat: “Ik heb alles over voor het huis van God.” Nou, we zien nu over wie dat gaat.”
Als Jezus is uitgeraasd lopen er woedende mensen naar Hem toe. “Waar haal Jij het lef vandaan om dit te doen?”, snauwen ze Hem toe. Jezus kijkt hen aan en zegt: “Breek deze tempel maar af. Drie dagen later zal Ik hem weer opgebouwd hebben.” Ze lachen Hem uit en zeggen: “Wat een onzin. Er is zesenveertig jaar gebouwd aan deze tempel. Dan kan Jij hem niet in drie dagen opbouwen.”
Ze begrijpen elkaar niet. Jezus heeft het over een ander soort tempel. Hij bedoelt de tempel van zijn lichaam. Ook de leerlingen snappen niet waar Jezus over spreekt.
Het zal nog lang duren voordat de leerlingen het wel begrijpen. Pas als Jezus is opgestaan uit de dood herinneren zij zich deze raadselachtige woorden. Dat maakt hun geloof in de Bijbel en in Jezus een stuk sterker.
Ondertussen groeit in de stad het aantal mensen dat in Jezus gelooft. Ze zien immers welke bijzondere tekenen Hij doet. Maar Jezus vertrouwt de mensen helemaal niet. Hij kent ze veel te goed en weet wat ze anderen kunnen aandoen.
• Praat met elkaar door over het verhaal
- Kijk samen naar het viltbord met de afbeelding (die van vorige zondag). Wat zie je? (een wijnstok die aan het groeien is)
Jezus vergelijkt Zichzelf met zo’n wijnstok die nog moet groeien. Om te groeien heeft Jezus het nodig dat Hij kan bidden. Hij praat in zijn gebed met God, zijn Vader, en daar haalt Hij kracht en vertrouwen uit om de goede dingen te doen om te bouwen aan Gods koninkrijk op aarde en de mensen te leren over Gods enorme liefde voor de mensen.
- Vertel elkaar over bidden: Waar doe je dat? En hoe doe je dat? Is een kerk een goede plek om te bidden? Gaat bidden beter als het rustig is en als je je rustig voelt, of lukt het ook als het ergens lawaaiig is of als je zelf onrustig bent?
- Jezus zoekt stille plekken om te bidden, zoals de tempel. Het is een soort kerk. Kennen jullie nog andere plekken waar Jezus ging bidden? (de tuin, de woestijn, de berg)
- Ga terug naar het verhaal: Jezus werd enorm boos toen Hij de mensen in de tempel zag: het leek wel een markt. Wat vinden jullie van zijn reactie? Hoe zouden jullie reageren als dat in jullie kerk gebeurde: dat er een markt was, waar van alles werd verkocht, zelfs beesten?
• Pak de afbeelding van de wijnstok van vorige week er weer bij. We kunnen de afbeelding nu verder vormgeven, met beestjes die niet goed zijn voor de plant.
Bedenk wat er met de wijnstok gebeurt als al die beestjes gaan knagen?
De wijnstok wordt ziek en gaat kapot en de groei stopt.
Dat Jezus zegt dat Hij de wijnstok is, noemen we beeldspraak.
Jezus wil graag goed groeien zodat Hij voor de mensen van grote betekenis kan zijn. Hij wil vrucht dragen, zeggen we dan. Aan de wijnstok moeten vruchten gaan groeien. Hij wil dat zijn werk vruchtbaar is. Dan is het voor Jezus nodig dat Hij contact met zijn Vader kan maken, door te bidden. De drukte van de tempel als markthal werkt verstorend. Zo kan Hij niet groeien.
• Kijk en Luister naar het liedje ‘Ik ben de ware wijnstok’
• Bid samen een gebedje
Lieve God,
hoe kan ik bidden
als er om mij heen veel lawaai is?
Hoe kan ik bidden
als ik onrustig ben in mijn lijf,
wil wiebelen met mijn benen
en schommelen op mijn stoel?
Hoe kan ik bidden
als ik niet goed uit mijn woorden kom
en niet verder kom dan mijn handen te vouwen?
Als ik, ondanks dat alles,
toch probeer met U te praten;
te vertellen hoe mijn dag was,
wat ik fijn vond en wat me gelukkig maakte,
wat ik anders had willen doen
en waar ik spijt van heb...
Als ik dat, tussen alles door,
maar met de beste bedoelingen
tegen U vertel,
al is het maar een minuutje,
dan bid ik dat U mij hoort
en dat maakt me dan weer rustig
aan mijn buitenkant en mijn binnenkant.
Daar durf ik op te vertrouwen.
Amen.
• En eindig met het Onze Vader. Dat kan ook in gebarentaal. Probeer maar eens mee te doen!
• Sluit af door het lichtje uit te blazen. In je hart blijft het branden.
• Extra:
Beeldspraakspel
Nodig:
- Briefjes met beelsspraakzinnen en een nummer op de achterkant.
- Dobbelsteen (1 tot 3 dobbelstenen afhankelijk van de hoeveelheid briefjes)
Kies een aantal beeldspraken uit deze voorbeelden en schrijf ze op een blaadje. Achterop het blaadje komt een nummer. Draai de blaadjes om en gooi met de dobbelsteen of dobbelstenstenen. Pak het briefje met het nummer dat je gegooid hebt. Doe een raadspelletje: wie weet de betekenis?
1. Praten als een kip zonder kop.
2. Jij bent een boekenwurm.
3. Zo te zien heeft die tomaat hard gesport.
4. De auto’s kropen voorbij.
5. Die beer was te groot voor de glijbaan.
6. Oranje heeft weer gewonnen.
7. De leraar keek heel mistig uit zijn ogen.
8. Mijn buurman heeft handen als kolenschoppen..
9. Wij steken onze koppen bij elkaar
10. Je trekt een gezicht als een oorwurm.
11. De toekomst lacht ons tegemoet..
12. Hij is een boom van een kerel.
13. De storm stoeit met de bladeren
14. Jij hebt een hart van goud..
15. Ik stond voor paal.
16. Hij maakte van een mug een olifant.
17. Zo sterk als een reus.
18. Dat sloeg in als een bom.
19. Ik zal dat varkentje eens gaan wassen.
20. Ben je je tong verloren.
21. Jezus is de ware wijnstok.
We wensen jullie een mooie viering!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten