vrijdag 19 februari 2021

Jezus is goed geworteld

Mini-viering voor thuis - 1e zondag van de veertigdagentijd

Voorlopig gaan veel kerkdiensten niet door i.v.m. het coronavirus. Daarom maakten we een kleine viering, die aansluit bij het 40 dagenproject ‘Ik ben de wijnstok’ en die je thuis als gezin kunt houden. Zo kun je samen stilstaan bij alles wat er gebeurt en hoop vinden in de woorden van God.

Mini-viering 21 februari 2021

• Ga samen aan tafel zitten rond een lichtje,
dit kan een gewone kaars zijn of een waxinelichtje. 
Zet ook een lichtje klaar voor alle mensen die meedoen.

• Leg de viltdoek (als u deze zelf gemaakt heeft) of de tekening van de eerste zondag erbij. (zie de Extra's bij de kinderwoorddienst),
• Zet een bakje met droog zand neer en steek daarin allemaal briefjes. Daarop staan de ‘wortels’ van Jezus: Nazaret, Maria, Jozef, timmerman, God, heilige Schrift, doop, Johannes, de Romeinen.

lichtje coronavirus IMG 7009

• Steek het lichtje aan en zing/bid samen:

 

Lied: Ik ben de wijnstokik ben de wijnstok noten

Ik ben de wijnstok,
mijn Vader de wijngaardenier.
Gij zijt de ranken,
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.
Zingt voor de Vader de wijngaardenier;
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.

 

 

• Lees dan het verhaal uit het Evangelie van Marcus 1,12-15 uit de Bijbel of lees de navertelling.
De evangelielezing van vandaag vertelt hoe Jezus zich in de woestijn voorbereidt op zijn taak. Hij heeft het moeilijk en komt in de verleiding om andere keuzes te maken. Maar Hij krijgt ook hulp. Die hulp heeft te maken met waar Hij vandaan komt, zijn wortels.

Jezus neemt een besluit

De rivier de Jordaan ligt op de grens van het land. Aan de ene kant van de rivier wonen mensen. Aan de andere kant is er een droge woestijn. Niemand gaat graag naar die woestijn, want ze is gevaarlijk. Er wonen wilde dieren. Het is er overdag heel heet en in de nacht heel koud. Nee, in de woestijn kan je beter niet zijn. Ons verhaal gebeurt precies daar, bij die grensrivier de Jordaan.

Op een zonnige dag loopt Jezus naar de rivier de Jordaan. Hij heeft gehoord over Johannes. Johannes wordt De Doper genoemd. Hij staat in de rivier te roepen en vindt dat mensen hun leven moeten beteren. Jezus wil dat wel eens horen. Al na even luisteren besluit Jezus dat Johannes gelijk heeft. Hij stapt het water van de rivier in en vraagt Johannes om ook Hem te dopen. Hij buigt zijn hoofd en laat het water over zijn hoofd lopen. Als Hij overeind komt gebeurt er iets wonderlijks. De hemel gaat open en Jezus wordt aangeraakt door Gods heilige Geest. Hij hoort een stem klinken die zegt: ‘Jij bent mijn geliefde Zoon, Ik hou van Jou!’ Maar daarmee is het nog niet afgelopen. Als Jezus uit het water wil stappen, kan Hij niet anders dan de gevaarlijke woestijn in lopen. Hij moet die kant op. De Geest lijkt hem wel te duwen.

Eenmaal in de woestijn blijft Jezus daar veertig dagen, meer dan anderhalve maand. Hij lijkt alleen te zijn, maar toch heeft Hij veel contact. Aan de ene kant zijn daar de boodschappers van God, de engelen. Zij helpen Hem om dichter bij God te komen. Maar aan de andere kant zijn daar de verleidingen van de duivel. Die fluistert Hem in zijn oor: “God dienen kan je je leven kosten, wil je dat wel? God dienen betekent dat je deelt wat je hebt en niets voor jezelf alleen houdt. Wil je dat wel? Je kan ook voor jezelf beginnen en een machtig man worden? Dat zou toch te gek zijn?” Jezus denkt er goed over na. Maar na veertig dagen besluit Hij dat Hij bij God wil horen. Hij zal zijn leven lang doen wat God vraagt. Ook als het moeilijk zal zijn.

Een paar maanden later hoort Jezus dat Johannes de Doper gevangen is genomen. ‘Nu is het mijn beurt’, denkt Hij. Hij begint in Galilea, dicht bij zijn eigen huis. Hij vraagt iedereen om zijn leven te beteren en te gaan werken aan een mooie, nieuwe wereld.

• Praat met elkaar door over het verhaal, door één voor één een papiertje uit de bak met zand te halen en voor te lezen. Bespreek met elkaar wat er op de briefjes staat. Bijvoorbeeld:

Nazaret: Jezus kwam uit Nararet, daar is Hij opgegroeid. Is het belangrijk waar je opgroeit? Of je een stadskind bent of groot wordt op een boerderij? Nazaret ligt in Galilea. Door de mensen in Judea en vooral in Jeruzalem werd op mensen uit Galilea neergekeken. Ze waren maar simpele vissers…

Timmerman: Het beroep van je vader maakt soms verschil in hoe mensen naar je kijken. Ook voor Jezus. Denk maar aan het verhaal van de ontvangst van Jezus in de synagoge in Nazaret. De aanwezigen worden daar boos op Hem als Hij de Schrift uitlegt op een manier die hen niet aanstaat. Jezus is immers ‘slechts’ de zoon van een simpele timmerman.

God: Jezus werd gelovig opgevoed. De kinderen krijgen ook verhalen over God mee. Hoe vinden ze dat? Ook Jezus ging als kind al mee naar de tempel. Zijn geloof moet toen al belangrijk voor Hem geweest zijn, want zijn moeder raakte Hem daar kwijt om dat Hij zo druk was met discussiëren.

wijnstok num 1Zo ontstaat elke keer een gesprek aan over de wortels van Jezus. Je kunt het gesprek dicht bij huis houden door elke keer een koppeling te maken naar je eigen leven, of je kunt er ook voor kiezen juist wat dieper op de jeugd van Jezus in te gaan. Al weten we daar maar heel weinig over.

Maak de tekening of het viltbord verder af door in de bruine grond de wortels goed diep door te trekken met kleine haarworteltjes.

• Zing tot slot het liedje 'Lees de bijbel, bid elke dag' en maak er gebaren bij! Laat de kinderen zelf gebaren bedenken, of doe die uit het filmpje.


 • Samen danken
Iedereen steekt een lichtje rond de tafel aan en zegt:
'Dank U God, voor... (iedereen noemt iets wat met zijn of haar wortels of wat je meegekregen hebt te maken heeft)

• Bid samen een gebedje
Lieve God,
De veertigdagentijd is begonnen.
We gaan met Jezus op weg naar Pasen.
Onderweg hopen we Jezus steeds beter te leren kennen.
Door Hem te leren kennen,
komen we ook steeds dichter bij U, God.
Wij danken U daarvoor. 
Amen.

• Eindig met het samen bidden van het Onze Vader.

• Sluit af door het lichtje uit te blazen. In je hart blijft het branden.

• Extra:
yoga wortelenOefening om te wortelen
Ga op één been staan. Plant je voet stevig op de grond. Zet je andere been op ongeveer kniehoogte tegen je standbeen. Maak je groot en voel met je voet de grond. Stel je voor dat er wortels groeien uit je voet, diep de aarde in. Kijk naar een punt voor je op je evenwicht te houden. Strek je uit als een plant, die naar het licht groeit.
Wie is het best geworteld?

We wensen jullie een mooie viering!

Navertelling Marcus 1,12-15

De evangelielezing van vandaag is Marcus 1,12-15. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Jezus neemt een besluit

De rivier de Jordaan ligt op de grens van het land. Aan de ene kant van de rivier wonen mensen. Aan de andere kant is er een droge woestijn. Niemand gaat graag naar die woestijn, want ze is gevaarlijk. Er wonen wilde dieren. Het is er overdag heel heet en in de nacht heel koud. Nee, in de woestijn kan je beter niet zijn. Ons verhaal gebeurt precies daar, bij die grensrivier de Jordaan.

Op een zonnige dag loopt Jezus naar de rivier de Jordaan. Hij heeft gehoord over Johannes. Johannes wordt De Doper genoemd. Hij staat in de rivier te roepen en vindt dat mensen hun leven moeten beteren. Jezus wil dat wel eens horen. Al na even luisteren besluit Jezus dat Johannes gelijk heeft. Hij stapt het water van de rivier in en vraagt Johannes om ook Hem te dopen. Hij buigt zijn hoofd en laat het water over zijn hoofd lopen. Als Hij overeind komt gebeurt er iets wonderlijks. De hemel gaat open en Jezus wordt aangeraakt door Gods heilige Geest. Hij hoort een stem klinken die zegt: ‘Jij bent mijn geliefde Zoon, Ik hou van Jou!’ Maar daarmee is het nog niet afgelopen. Als Jezus uit het water wil stappen, kan Hij niet anders dan de gevaarlijke woestijn in lopen. Hij moet die kant op. De Geest lijkt hem wel te duwen.

woestijn jezusEenmaal in de woestijn blijft Jezus daar veertig dagen, meer dan anderhalve maand. Hij lijkt alleen te zijn, maar toch heeft Hij veel contact. Aan de ene kant zijn daar de boodschappers van God, de engelen. Zij helpen Hem om dichter bij God te komen. Maar aan de andere kant zijn daar de verleidingen van de duivel. Die fluistert Hem in zijn oor: “God dienen kan je je leven kosten, wil je dat wel? God dienen betekent dat je deelt wat je hebt en niets voor jezelf alleen houdt. Wil je dat wel? Je kan ook voor jezelf beginnen en een machtig man worden? Dat zou toch te gek zijn?” Jezus denkt er goed over na. Maar na veertig dagen besluit Hij dat Hij bij God wil horen. Hij zal zijn leven lang doen wat God vraagt. Ook als het moeilijk zal zijn.

Een paar maanden later hoort Jezus dat Johannes de Doper gevangen is genomen. ‘Nu is het mijn beurt’, denkt Hij. Hij begint in Galilea, dicht bij zijn eigen huis. Hij vraagt iedereen om zijn leven te beteren en te gaan werken aan een mooie, nieuwe wereld.

Gebed om mee op weg te gaan

Goede God,

De veertigdagentijd is begonnen.
We gaan met Jezus op weg naar Pasen.
Onderweg hopen we Jezus steeds beter te leren kennen.
Ook Jezus gaat een weg, 
Hij gaat zelfs de woenstijn in.

Hij zegt: 'Ik ben de wijnstok'
maar wij begrijpen dat nog niet meteen.
We bidden dat we steeds meer van Jezus 
en zijn boodschap mogen begrijpen.

Want door Hem te leren kennen,
komen we ook steeds dichter bij U, God.
Help U ons daarbij?
Wij danken U daarvoor.

Amen

Gesprek met de kinderen

Nodig:
- Een bak droge aarde
- Briefjes met daarop de wortels van Jezus. (Nazaret, Maria, Jozef, timmerman, God, Heilige Schrift, doop, Johannes, de Romeinen ) Deze zijn in de bak met aarde gestoken en steken er net een stukje bovenuit.

- Tip: Wanneer er geen droge aarde voorhanden is, doe de briefjes dan in plastic zakjes of vouw ze in in wc-rolletjes.

U gaat vandaag met de kinderen in gesprek met de wortels van Jezus, de basis waarmee Jezus aan het openbare leven begon. Zijn rugzak zouden we tegenwoordig ook graag zeggen.
Leg aan de kinderen uit dat iedereen een basis heeft waarmee hij of zij aan het leven begint. Voor ons is dat onze scholing, ouders, broers en zussen, de sport waar we op zitten en ook de kerk. Iedereen krijg een andere basis mee. Jezus had een sterke basis nodig om de verleidingen van de duivel aan te kunnen.

Plaats een bak aarde in het midden van de tafel en laat de kinderen er een voor een papiertje uithalen en voorlezen. Bespreek met de kinderen wat er op de briefjes staat.

Bijvoorbeeld:
Nazaret: Jezus kwam uit Nararet, daar is Hij opgegroeid. Is het belangrijk waar je opgroeit? Of je een stadskind bent of groot wordt op een boerderij? Nazaret ligt in Galilea. Door de mensen in Judea en vooral in Jeruzalem werd op mensen uit Galilea neergekeken. Ze waren maar simpele vissers…

Timmerman: Het beroep van je vader maakt verschil. Ook voor Jezus. Denk maar aan het verhaal van de ontvangst van Jezus in de synagoge in Nazaret. De aanwezigen worden daar boos op Hem als Hij de Schrift uitlegt op een manier die hen niet aanstaat. Jezus is immers ‘slechts’ de zoon van een simpele timmerman.

God: Jezus werd gelovig opgevoed. De kinderen in de kinderwoorddienst krijgen ook verhalen over God mee. Welk verschil maakt dat voor hen? Ook Jezus ging als kind al mee naar de tempel. Zijn geloof moet toen al belangrijk voor Hem geweest zijn, want zijn moeder raakte Hem daar kwijt om dat Hij zo druk was met discussiëren.

Zo gaat u elke keer het gesprek aan met de kinderen over de wortels van Jezus. U kunt hierin het gesprek dicht bij de kinderen houden door elke keer een koppeling te maken naar hun eigen leven, u kunt er ook voor kiezen juist wat dieper op de jeugd van Jezus in te gaan. Realiseer u wel dat we daar eigenlijk maar heel weinig over weten.

3e zondag ongedierte onkruidViltbord
Pak op het einde van de kinderwoorddienst het viltbord of de fleecedeken. Leg uit dat Jezus zichzelf soms beschreef als een wijnstok. Een wijnstok groeit in de grond (misschien weten de kinderen waar en hoe) heeft wortels, een stam, ranken en krijgt uiteindelijk lekkere druiven.
Leg met de kinderen bruin vilt neer als grond over de volle breedte van de afbeelding. Leg vervolgens stukjes vilt neer die als wortels zijn geknipt op deze grondlaag. Laat de stam van de wijnstok een heel klein stukje zichtbaar zijn boven de grond. Neem deze afbeelding mee naar de kerk.

Ga na het gesprek met de kinderen de mindmap maken, en doe de oefening om te wortelen (zie Extra’s).

Extra's

Hier zijn meerdere onderdelen te vinden om de kinderwoorddienst een creatief - of speels accent te geven.
Dit kunnen liedjes en gedichtjes zijn, een knutsel of een kleurplaat, een filmpje of een spel. Deze onderdelen zijn altijd te gebruiken in combinatie met de verwerking.

Materialen voor project 'Ik ben de wijnstok'

In het project worden de evangelielezingen van de Veertigdagentijd 'tastbaar' gemaakt met een viltbord waarop een wijnstok en de omgeving van de wijnstok steeds veranderen.

Als basis voor dit project is nodig:

• Een ondergrond zoals: Een stuk vilt (A0 formaat), een viltbord of groen fleecestof (daar blijft vilt op plakken).
U kunt kiezen voor groen, beige, licht geel (aarde tinten)

• Elke zondag wordt er met vilt wat aan toe gevoegd.
In plaats van vilt kan ook papier worden gebruikt. Omdat papier op papier niet blijft zitten zonder lijm en er tijdens het project afbeeldingen worden toegevoegd en eraf gehaald, moet er dan op plat vlak gewerkt worden zoals op de grond of op een tafel.

Tips:
-misschien beschikt de parochie over viltfiguren. Deze kunnen ook gebruikt worden.
-Hang het A0 formaat fleece op een flapover of tegen een deur of leg het op de grond of tafel.


Per zondag

In de pdf met afbeeldingen van het viltdoek, daaronder alleen een lijst van de benodigdheden (ook ev. andere benodigdheden)

 

 

 

1e zondag:

Nodig: strook vilt (grijs, zwart of bruin) 

Leg dit onderaan het doek als aarde. 

Extra: knip nog wat wortels uit en voeg die nog toe op de aarde. 

Bakje droge aarde en wat briefjes

2e zondag: 

Nodig: wil of lichtblauw vilt

Bruin vilt


Knip een wolk en wat regendruppels. 
Knip een stammetje.

Leg deze op het vilt

             

Extra: bloemetjes van vilt

Een paar stekjes. Het maakt niet zoveel uit welke stekjes. U kan een graslelie stekken of de onderkant van een preistengel laten wortelen. Een pannenkoekenplantje is ook een goede mogelijkheid. 

Verschillende soorten eten, en een ongewijde hostie.

Verschillende kinderbijbels

3e zondag:


gekleurd vilt 

Knip wat insecten uit. 

Leg deze erbij op het zand

smartphones

4e zondag:

geel vilt,
bruin vilt

Knip een zon (rondje) en knip een grotere stam met een zij tak.

Leg deze op het doek

zaklantaarn
wasco en kraspapier,  sateestokjes,
of wasco, plakkaatverf, kwast, afwasmiddel

 

5e zondag: 

groen vilt,
bruin vilt, gekleurd vilt

Knip nog een aantal zijtakken voor de wijnstok. Knip blaadjes, bloemetjes, druiventrossen. 
Versier de boom

Extra: vogeltjes

6e zondag

 

Deze week haalt u alle versiering weg van de boom zodat deze kaal wordt. 

 

 

Paasmorgen

groen vilt

Knip een vol bladerdek 

Versier de boom in volle bloei vol met bloemen en vogels.
Versier de grond ook. 

 

 

Veertigdagentijd projectliedjes: Ik ben de wijnstok & De ware wijnstok

Bij het project Ik ben de wijnstok zijn twee bestaande liedjes gekozen. U kunt ze in de kinderwoorddienstgroep samen zingen, of laten zingen bij het verlaten van de kerk.

Lied: Ik ben de wijnstok

Ik ben de wijnstok,
mijn Vader de wijngaardenier.
Gij zijt de ranken,
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.
Zingt voor de Vader de wijngaardenier;
dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
dan vindt Hij vruchten hier.

Ranken onvruchtbaar die snijdt Hij af, die werpt Hij weg;
Zij moeten branden. Dus blijft in Mij,
Ik blijf in u, -'t is waarheid wat Ik zeg.
Zingt voor de Zoon, want zijn woord is uw weg.
Dus blijft in Mij, Ik blijf in u,
't Is waarheid wat Ik zeg.

Laat dan mijn woorden uw waarheid en uw leven zijn;
Blijft in mijn liefde, zoals Ik in de Vader blijf
gij zult vol vreugde zijn.
Bidt om de Geest, om het brood en de wijn,
en al wat gij de Vader vraagt,
zal u gegeven zijn.

Gezangen voor Liturgie: 621
Zingt Jubilate: 779
Petrus en Paulusbundel: 259
Het liedboek 2013: 656

 

ik ben de wijnstok noten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De Ware Wijnstok
Tekst & Muziek: Elly & Rikkert Zuiderveld
(Johannes 15,1-7)

Ik ben de ware wijnstok
Mijn Vader is de landman
Jullie zijn de ranken
Dus blijf in Mij
Want wie in Mij wil leven
Die zal Ik leven geven
Blijf in Mijn liefde
Blijf in Mij

Elke rank die zonder vrucht blijft
neemt Hij weg
Elke rank die vrucht draagt
Die snoeit Hij zodat ze bloeien kan
Ik ben de ware wijnstok
Mijn Vader is de landman
Jullie zijn de ranken
Dus blijf in Mij

O Heer Jezus leer mij te blijven in U
Ook als U gaat snoeien
Ik weet dat het Uw liefde is
Jezus leer mij te groeien in U
Laat mij bloeien
Met alle levenskracht die in U is
Van U is de macht
Van U is de glorie
Van U is de heerlijkheid

Ik ben de ware wijnstok
Mijn Vader is de landman
Jullie zijn de ranken
Dus blijf in Mij
Want wie in Mij wil leven
Die zal Ik leven geven
Blijf in mijn liefde
Blijf in mij

Mindmap

Vergroot de afbeelding van de gewortelde mens of teken hem na.

mens wortels
Maak met de kinderen een mindmap.

Begin met de wortels. Wat zijn jouw wortels? Denk er eerst even over na, en schrijf dan alle wortels die je samen kan bedenken rond de wortels.

Ga dan naar boven en bedenk samen wat al die mooie dingen ons brengen.

Als je opgroeit op een boerderij weet je veel van de natuur, als je opgroeit in de stad begrijp je goed dat er ook mensen zijn die heel andere gewoonten hebben dan jij.


Variant: Geef ieder kind een a-viertje met de afbeelding en laat hij of zij het voor zichzelf invullen. 

De wortels van Jezus

De wortels van Jezus
Jezus was een Joodse man. Hij groeide op in Israël in een tijd dat de Romeinen de baas waren in zijn land. Uit alle evangelies blijkt dat Hij een goede kennis had van wat er in de Heilige Boeken stond. Regelmatig citeert Hij uit de Schrift Hij schroomt niet om Jesaja in de synagoge uit te leggen. In zijn debatten met Schriftgeleerden blijkt Hij eveneens grondige kennis van de Schrift te hebben. Dat is bijzonder voor een jongen die opgroeide bij een ambachtsman.
Jezus had ook de gewoonte om regelmatig te bidden. We horen dat Hij de stilte op zoekt om te bidden, soms wordt er uitdrukkelijk vermeld dat Hij een berg op gaat. In de lezing van vandaag zoekt Hij de woestijn op een lange tijd te vasten en te mediteren. Daarnaast bezoekt Jezus regelmatig de tempel in Jeruzalem.
Naast de Heilige Schrift en het gebed heeft Jezus ook contact met andere gelovigen. Hij zoekt Johannes de Doper op in de woestijn en spreekt met Schriftgeleerden en Farizeeën.
Uiteraard was Jezus ook geworteld in zijn familie. De stambomen die de evangeliën uitgebreid weergeven en de verhalen over Jozef en Maria zeggen hierover genoeg.

Veertigdagentijd of Vastentijd?
We vieren de eerste zondag van de Veertigdagentijd. Deze periode begint bij Aswoensdag en loopt door tot Pasen. In deze periode die 46 dagen duurt zijn de zes zondagen geen vastendagen. De andere dagen kunnen we vasten. De wijze waarop we vasten is niet meer voorgeschreven, behalve voor Aswoensdag en Goede Vrijdag. Dan onthouden we ons van vlees en eten we één maaltijd extra matig. Steeds meer mensen gebruiken de veertigdagentijd om te werken aan een gedragsverandering. Ze kijken geen of minder televisie, eten geen suiker of drinken geen alcohol. Ook met kinderen zijn hierover heel goed afspraken te maken. Vasten wordt veel makkelijker als je het in groepsverband doet. Dat kan vanuit de geloofsgemeenschap, maar ook in de klas of als gezin.
De liturgische kleur in deze tijd is paars. Paars symboliseert de tijd van inkeer, de tijd van vasten. We gaan met Jezus op weg naar Jeruzalem. In deze stad wil Jezus Pesach vieren, het Joodse Paasfeest.

Jezus in de woestijn
Marcus vertelt in enkele zinnen het verhaal van Jezus in de woestijn. Bij Lucas en Matteüs vinden we een veel uitvoeriger verslag van dit verblijf in de woestijn. De betekenis van dit verhaal wordt treffend verwoord door Peer Verhoeven:

Over Jezus
Over Jezus gaat het verhaal
dat Hij veertig dagen en nachten
zonder eten en drinken in de woestijn
door de duivel werd getreiterd:
Hij moest van stenen brood maken
een serieuze machtsgreep doen,
als een stuntman van de tempel springen.
Veertig dagen, veertig nachten
dat wil zeggen heel zijn leven
hebben mensen dit van Hem verwacht.
Het was een woestijn voor Hem:
een leven lang tussen twee vuren –
wat mensen wensen, wat God wil.

Peer Verhoeven, Meegaand, Gooi & Sticht, Hilversum 1988, blz. 19

Veertig
Het getal veertig en de woestijn lijken in bijbelse taal bij elkaar te horen. Allereerst is er natuurlijk het grote verhaal van de Exodus en het volk dat veertig jaar in de woestijn zwerft alvorens het beloofde land te vinden. In deze veertig jaren worden ze als het ware opgevoed. Ze ontvangen de leefregels van de Tora en leren gaandeweg met elkaar en met hun God om te gaan.
Ook de profeet Elia maakt een tocht van veertig dagen door de woestijn. Opvallend is dat Elia aan het einde van zijn tocht eveneens gediend wordt door hemelse boden (I Koningen 19,4-8). Later in de veertigdagentijd zullen we Elia opnieuw ontmoeten bij de 'Verheerlijking op de berg'.

Kunst

domkerkCa. 1890, Cuypers, steenreliëf topgevel; Nederland, Utrecht, Domkerk St-Martinus, kloostergang.
In de kloostergang van de Domkerk te Utrecht vinden we veel afbeeldingen uit het leven van St. Maarten. De stad en de kerk zijn beiden aan deze heilige toegewijd. Eén van de afbeeldingen sluit aan bij de evangelielezing van vandaag. De heilige Martinus stond erom bekend dat hij als bisschop uitzonderlijk bedreven was in het herkennen van het goede en het kwade in deze wereld. Zo gaat er een verhaal dat St. Maarten bezoek kreeg van een koninklijke verschijning met een gouden kroon op het hoofd en een purperen mantel om. Deze vriendelijke koning vertelde Martinus dat hij de wedergekomen Jezus zelf was en dat Martinus, vanwege zijn voortreffelijke levensstijl de eer te beurt viel om als eerste Jezus in deze wereld te ontmoeten. De heilige reageerde echter in het geheel niet. Ook toen hij ten tweede male werd aangesproken kwam er geen reactie. Toen de vriendelijke koning hem een derde maal aansprak gaf St. Maarten hem ten antwoord: “Jij bent Jezus niet. Jezus zou nooit als koning uitgedost naar de wereld komen. Hij is gekomen om te dienen, niet om gediend te worden.” De zogenaamde koning verdween uit de kloostercel van Martinus, daarbij een afschuwelijke stank achterlatend.

1930, gravure; Nederland, Amsterdam, boekillustratie (Vereniging Verspreiding Heilige Schrift) 
gravure jezus wilde dieren“Hij verbleef bij de wilde dieren”, zo schrijft Marcus als enige van de drie synoptische evangelisten over Jezus' verblijf in de woestijn. De tekenaar van deze illustratie heeft hier de nadruk op willen leggen. Het is taal die we herkennen uit de psalmen, waar mensen zich belaagd voelen door wilde dieren. Een van die psalmen is psalm 22, vers 13 die een belangrijke rol speelt in het verhaal van de kruisiging.

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten