vrijdag 24 februari 2023

Wat maakt jou sterk?

 

Met elkaar gaan we deze veertigdagentijd op weg naar het Licht dat het duister overwint. In de verhalen die we deze periode horen, leven we toe naar dat Licht dat in de paasnacht in onze kerken aangestoken zal worden. Samen maken we een kaars met symbolen uit de verhalen. Die kaars zal worden aangestoken aan dat Licht.

Hoe sterk ben jij om verleidingen te weerstaan?
jezus bekoordDeze vraag staat centraal op deze eerste zondag van de veertigdagentijd. Jezus geloofde rotsvast in God en dat maakte hem sterk. Zelfs na 40 dagen vasten in de woestijn gaf dit Hem kracht om de verleidingen van de duivel, de tegenkracht, te weerstaan.

Wat hebben de kinderen nodig om sterk te zijn?
Verleidingen voor kinderen zijn er genoeg.
Computeren of braaf je huiswerk maken.
De telefoon die de hele dag WhatsApp bliepjes geeft.
De druk om je aan te passen aan de andere kinderen in de klas.
Wat maakt hen sterk om hiermee om te gaan?

Voor de jongere kinderen is er weer een verhaal van Kleine Uil wordt wijs, waarin Joes en Mara het lastig vinden om bij hun goede plan te blijven.

Opening

Wie laat zich verleiden om mee te doen?

Leg een paarse doek over een tafeltje of leg deze op de grond. Leg hierop een hoed. Zet een kaars op het kleed.

Steek de kaars aan om de kinderwoorddienst te openen, bid het gebed dat u vindt bij het kopje Gebed, en zing het eerste couplet van het stapelliedje (zie hiervoor de Extra’s).
Vandaag hebben we het over ‘Wat maakt jou sterk?'

sillywalksStart met het spelletje ‘De hoed van Baltimore’ (zie bij Extra’s). Hierin worden kinderen uitgedaagd om iets geks na te gaan doen. Zijn zij hiertoe te verleiden?
Lees na het doen van het spel de evangelielezing.

Bijbel

Navertelling Matteüs 4,1-11

De evangelielezing van vandaag is Matteüs 4,1-11. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.
De navertelling van Marie-Hélène Delval en Ulisis Wensell is overgenomen uit: Schitterende Bijbelverhalen om voor te lezen, Adveniat, Baarn, 2014,blz 112-113

Ga weg, Satan!
Jezus bleef veertig dagen in de woestijn. Na veertig dagen kreeg Hij honger.
jezus in woestijnSatan kwam bij Hem en zei: ”Als je de zoon van God bent, maak dan dat deze stenen in brood veranderen!”
Jezus antwoordde: ”De mens leeft niet van brood alleen, maar van alle woorden van God.”
Satan bracht Jezus naar een hoge tempelmuur en zei: ”Als je de zoon van God bent, laat je dan vallen, want engelen zullen je wel opvangen in hun armen.”
Jezus antwoordde: ”Je mag God niet zomaar wat vragen.”
Satan bracht Jezus op de top van een heel hoge berg, vanwaar je alle koninkrijken op de wereld kon zien.
Satan zei tegen Hem: ”Dit alles zal ik je geven, als je op je knieën neervalt om mij te aanbidden”. Jezus antwoordde: ”Ga weg, Satan. Alleen God moeten we aanbidden.”
Toen liet de duivel Hem met rust.

Kleine Uil wordt wijs - Blijf Blijf bij je plan

Joes heeft een goed plan om een Actie te houden voor arme kinderen die niet goed kunnen lopen. Mara wil ook wel meedoen, maar krijgt onder invloed van haar vriendin Hannelies hele andere ideeën. Zal het Joes lukken om bij zijn (goede) plan te blijven?

Het evangelieverhaal is Mt. 4,1-11; Jezus die in de woestijn beproefd wordt. Ook Jezus had een goed plan: Hij wilde Gods wil doen.

Vragen voor wie wil napraten:
-       Heb jij weleens een goed plan gehad, waarover je toch ging twijfelen? 
-       Wat brengt jou makkelijk in de war? (vrienden, ouders, internet? Jezelf?) 
-       Zal Mara meedoen met de Actie voor Tanzania, of een ander plan volgen?

Gebed

Gebed om verleidingen te kunnen weerstaan

Goede God,
wij beginnen deze zondag aan de veertigdagentijd -
een tijd om stil te staan,
een tijd om in onszelf te keren,
een tijd om ons te bezinnen.
Wij bidden U:
help ons om tijd te maken
en zo stil te worden in onszelf,
dat we ons kunnen afvragen,
wat we werkelijk belangrijk vinden.
En dan de verleidingen die op onze weg komen kunnen weerstaan,
zodat we net zo sterk worden als Jezus.
Amen.

Verwerking

Gesprek met de kinderen

Start het gesprek over deze evangelielezing met de stelling:
‘Meelopen, meekletsen, meedoen: dan hoor je erbij!’
Laat de kinderen op deze stelling reageren. Grijp terug naar het spel ‘De hoed van Baltimore.’ Wie deden er allemaal mee? Vraag aan de kinderen: ’ Waarom deed je mee of waarom juist niet?’afwijzen
Verzamel de argumenten van de kinderen waarom ze wel of niet ‘verleid’ worden om aan iets mee te doen. Zijn er situaties, zoals bijvoorbeeld op school, waarin ze uitgedaagd worden om mee te lopen, mee te kletsen of mee te doen? Ook wanneer ze dat niet echt willen? (als voorbeeld kunt u gebruiken ‘spelen met de telefoon, terwijl je huiswerk moet maken', of 'meelachen om iemand in de klas die zit te klieren onder de les’.)

Ga nu met de kinderen terug naar het evangelieverhaal.
jesus bekoring rosetta jallowJezus was veertig dagen in de woestijn. Laat de kinderen hun inlevingsvermogen gebruiken om te beschrijven hoe het zou zijn in de woestijn. Het is geen woestijn met cactussen, maar met rotsen, grassen en dorre struiken. (Heb je dorst en/of honger? Ben je eenzaam en/of bang?). Satan of de duivel is een engel die door God uit de hemel is verstoten omdat hij tegen God in opstand kwam. God wil het goede in mensen naar boven halen, maar de duivel wil juist het kwade in mensen naar boven halen. Dat probeert hij ook bij Jezus. Hij probeert het zelfs drie keer. Maar Jezus kan de verleiding weerstaan en doet niet wat de duivel vraagt. Hij probeert de duivel ook uit te leggen waarom Hij niet doet wat de duivel vraagt. Het blijkt wel dat Jezus heel erg op God vertrouwt. De duivel krijgt dat tenslotte door en laat Jezus met rust.

Vinden de kinderen het knap van Jezus dat Hij zo standvastig is? Zijn zij zelf ook zo standvastig? Als ze ergens in geloven, blijven ze daar dan bij? Jezus had zijn geloof in God dat hem heel sterk maakte tegen de verleidingen van de duivel. Wat hebben de kinderen dat hen sterk maakt om verleidingen te weerstaan?

Om je geloof ‘brandend’ te houden, helpt het om over God en Jezus te horen en te praten met mensen die ook geloven. God is Licht hebben we geleerd met Kerstmis. In het licht is God bij ons. Daarom gaan wij deze Veertigdagentijd een eigen paaskaars maken. Een kaars die ons helpt bij God te blijven, door aan Hem te denken als we de kaars aansteken.
Elke week bouwen we een stukje verder.

Extra's

Spelletje: De hoed van Baltimore

hoed van baltimoreDe deelnemers staan achter elkaar. De begeleider staat vooraan en heeft een hoed op en zegt: “Deze hoed kreeg ik van een hele bijzondere dame in Baltimore. Als je de hoed opzet, ben je heel belangrijk. Zo belangrijk dat iedereen je na wil doen.”

De begeleider stapt als een gorilla door de ruimte. De deelnemers worden uitgedaagd mee te doen met de begeleider door hem/haar na te doen.
De begeleider zegt: “Ik geef de hoed aan iemand uit de rij. Deze persoon mag de hoed opzetten en vooraan in de rij komen staan. Doe een manier van lopen voor en alle anderen doen je na. Wil je de hoed aan iemand anders geven, dan mag dat ook. Als je de hoed aan iemand anders geeft, ga je achteraan in de rij staan.”

Speel het spelletje een paar keer. Let goed op wie er meedoen, en wie dit liever aan zich voorbij laten gaan. Bij de verwerking komt u erop terug.


(‘De hoed van Baltimore’ van Erwin Tielemans is overgenomen uit: Energize II, Edu’actief bv, Meppel, 2004, blz. 120).

Stapelliedje

Voor elke week een coupletje extra. Zing het liedje op de wijs van 'Ga je mee, zeg niet nee...'
De melodie is te beluisteren via deze link.

Eerste Zondag

Zoek het licht, heel gerichtliedje ga je mee
doe je ogen niet dicht.
Geniet luisterend van het verhaal.
Jezus komt dichterbij
Hij verbindt jou met mij.
Leer zijn liefde voor ons allemaal.

Welke keus maakt jou sterk? 
En wie wil je graag zijn?
Denk er zelf eens over na!
Nou, wat vind je echt fijn?

 

 



Bouwen aan de paaskaars

kaars breed zondag 1Tijdens de zondagen van de veertigdagentijd maken de kinderen gezamenlijk een eigen paarskaars voor hun kinderwoorddienst groep. Zij doen dit door elke week een klein stukje van de kaars te versieren met wasfiguurtjes. De sjablonen hiervoor zijn te downloaden bij de Extra's. Met Pasen zal het licht ontstoken worden en kan de kaars (indien gewenst) gezegend worden.

Daarnaast kunt u ervoor kiezen om ieder kind een eigen kaars te laten maken. Deze kaarsen bewaart u voor de kinderen tijdens de veertigdagentijd. De kinderen versieren elke zondag een stukje van hun eigen kaars. We beseffen dat de samenstelling van de groep steeds wisselt. De ene kaars heeft dan wat meer symbolen/versiering dan de andere.
De kaarsen kunnen aan het einde van de veertigdagentijd meegegeven worden om in de paaswake te ontsteken aan de paaskaars.

Benodigdheden:
- Voor ieder kind een diner- of huishoudkaarskaarsen versieren wasplaatjes- 1 grote witte kaars voor de kinderwoorddienstgroep
- Versierwasbladen in diverse kleuren om de kaars mee te versieren (hobbywinkel)
- Sjablonen ‘wat maakt jou sterk’ (te downloaden bij Extra's)
- Knutselmesjes of kinderscharen

kaars smal zondag 1Hoe ga je te werk:
- ieder kind krijgt deze veertigdagentijd een eigen kaars en u heeft 1 grote kaars die door de kinderen versierd wordt.
- Zet op de kaars 5 dunnen lijntjes (met een mesje of met een versiersel) (zie foto)

- download de sjablonen van de 1e zondag en knip ze uit op stevig papier
- de kinderen kunnen het sjabloon op de versierwasbladen leggen en zelf uitsnijden. De kleintjes moet u helpen, of u maakt er alvast een aantal figuurtjes van was vantevoren.
- de figuurtjes van was kunnen met de warme hand op de kaars worden geplakt. Wrijf er goed overeen.

Elke week komt er een ring bij die versierd wordt. Op de foto is het eerste symbool bovenaan geplakt, maar je kunt ook beneden beginnen.


Alternatief: paaskaars versieren op papier

Een goedkoper alternatief, wanneer u niet met kaarsen en was wilt werken:

Geef elk kind een papieren kaars voor elke zondag. U vindt een voorbeeld hieronder. Deze papieren kaars kan versierd worden.
De sjablonen kunnen dan gebruikt worden om over te trekken.

kaarsen van papier

 

Tip: u kunt de papierenkaarsen verwerken tot een kaarsenstandaard op de volgende manier:

• Teken het patroon over op stevig wit en paars papier, zodanig dat er twaalf of veertien kaarsen per kind zijn. (6 wit en 6 paars) (of 7 wit en 7 paars als u deze knutsel ook met Pasen wilt gebruiken)
• Kleur, versier of zet teksten op de witte kaarsen en knip ze uit.
• Plak de witte op de paarse zodat je een stevige kaars krijgt
• Maak nu van stevig paars papier een ronde reep.
• Lijm of niet hierop de 6 of 7 kaarsen en maak een mooie standaard om een paaskaars in te zetten.

TIP:
1. Print de sabloontjes van de figuren die bij het verhaal horen. Hiermee kan de papieren kaars per week worden versierd.
2. Geef de kinderen die er zijn elke week een papierenkaars. Laat deze versieren. Geef ze niet mee naar huis maar bewaar ze tot Pasen. Maak met Pasen met de kinderen die er zijn mooi kaarsenstandaards van alle papieren kaarsen die gemaakt zijn.

kaarsenstandaard papier






Symbool sjabloon

Tijdens de zondagen van de Veertigdagentijd maken de kinderen gezamenlijk een eigen paarskaars voor hun kinderwoorddienst groep.
Zij doen dit door elke week een klein stukje van de kaars te versieren met wasfiguurtjes. He sjabloon voor deze week is een halter (Wat maakt jou sterk?).

kwd 2017 1 halter wat maakt je sterk

Verklein de zwart wit tekening tot de juiste grootte voor op de kaars. 
Snijd repen van de wasvellen in de juiste breedte, en laat de kinderen de halter in elkaar 'puzzelen', voordat ze hem op de kaars plakken.

kwd 2017 1 halter wt











Praatjes Quiz: Hoe sterk ben jij?

Speel met de kinderen aan de hand van kaartjes met stellingen en vragen een spel. Rode en groene kaarten maken snel zichtbaar hoe er over een vraag gedacht wordt. Laat de kinderen in gesprek gaan. 

Benodigdheden:
- kaartjes met vragen (zie hieronder)
- rode kaartjes, groene kaartjes, genoeg voor elk kind

Hoe werkt het:

Pint het blad met de kaartjes en knip ze door.
Leg de 6 vraagkaartjes met de tekst naar beneden op de tafel of houdt ze in de hand.
Draai een kaartje om. Lees de vraag voor.

Antwoord van het kind: nee... rood kaartje omhoogrode groene kaart
Antwoord van het kind: ja...... groen kaartje omhoog

Praat er desgewenst korter of langer over door.

 

Achtergrond

Jezus en de Satan

We vieren de eerste zondag van de Veertigdagentijd. Deze periode begint bij As-woensdag en loopt door tot Pasen.
De liturgische kleur in deze tijd is paars. Paars symboliseert de tijd van inkeer, de tijd van vasten. We gaan met Jezus op weg naar Jeruzalem. In deze stad wil Jezus Pesach vieren, het Joodse Paasfeest.

De Satan
Het Evangelie van vandaag speelt zich af in de woestijn. Jezus is in de Jordaan gedoopt door Johannes. Hij ontving daarbij de heilige Geest. Dat was het begin van zijn openbare leven. In de woestijn bereidt Hij zich voor op zijn taak door te vasten. Hij wordt op de proef gesteld door de Satan.
jesus bekoring fra angelicoDe Satan komt in Matteüs 4,1-11 prominent naar voren als vijand en tegenstander van God. Satan staat recht tegenover God en probeert uit alle macht te frustreren en Jezus van God weg te drijven. De duivel als verleider tot het kwaad is het beeld dat bij ons veelal bekend is. Dit beeld van Satan ontstaat pas in het Nieuwe Testament. In het Oude Testament zoals in de boeken van Job en Zacharia vinden we Satan als de naam van ‘een van de zonen van God.’ De Satan heeft daar de taak om zondaren aan te klagen en te vervolgen voor het hemelse hof.
Satan kent vele namen in het Nieuwe Testament. Hij wordt Beëlzebul (Matteüs 10:25, Marcus 3,22) , Belial (2 Korintiërs 6,15) en de duivel (Lucas 4,2, Johannes 13,2) genoemd.

zaterdag 18 februari 2023

Oog om oog, tand om tand

 

Jezus gaat vandaag weer verder met zijn toespraak op de berg. Oude regels komen langs, over hoe je om kunt gaan met elkaar. 'Oog om oog, tand om tand' is een oud spreekwoord uit de Bijbel. Bij ons verwijst dat spreekwoord naar wraak. Maar de joodse wet bedoelt: wie iets vervelends doet, kan een gelijke straf verwachten. Deze regel probeert ruzie tussen mensen te beperken. vijanden liefWant omgaan met vrienden is niet zo moeilijk, maar omgaan met vijanden wel. Daar heeft Jezus nieuwe ideeën over. Vijanden moeten vrienden worden. En dat is geen gemakkelijke opgaaf, maar wel een die bijdraagt aan een betere wereld! 

We hopen dat de kinderen deze morgen zullen ontdekken dat het een kunst is om met mensen die allemaal iets verschillends willen, samen te leven. Vijanden worden of ruzie krijgen, gebeurt maar zo. Maar samen kom je verder.





Opening

Vreemde gezichten

Zorg voor u begint dat er gebedjes klaar liggen voor de kinderen zodat ze zometeen mee kunnen bidden.

kring kinderen

Ga met de kinderen samen aan een tafel zitten, Vraag ze om vandaag eens te gaan zitten naast iemand die ze niet zo goed kennen, of waar ze normaal gesprokken niet zo snel naast gaan zitten. Misschien is er wel iemand die ze nog nooit gezien hebben?

Vertel ze dat we dat vandaag doen omdat Jezus ons gaat vertellen dat we ook onze vijanden lief moeten hebben. Vijanden hebben we hier niet maar door goed om te gaan met kinderen die we nog niet kennen, en die nog geen vrienden zijn, leren we het alvast in het klein. Toch zal het moeilijk zijn om iedereen lief te hebben, daarom vragen we God ook om hulp in ons gebedje dat we samen gaan bidden.

Steek eerst de kaars voor de kinderwoorddienst aan, en bid dan samen het gebed (dat u vindt bij het kopje Gebed).

Bijbel

Navertelling Matteüs 5,38-48

De evangelielezing van vandaag is Matteüs 5,38-48 Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Oog om oog, tand om tand
bergrede5Jezus zat op een berg met al zijn leerlingen om zich heen. Hij had gehoord dat sommige mensen leefden volgens regels waar Hij het niet mee eens was. Een van die regels was: oog om oog, tand om tand. Deze regel legde sommige mensen zo uit dat als iemand anders jou pijn doet, jij hem of haar precies evenveel pijn mag doen.
Maar Jezus zei tegen zijn leerlingen: “Als iemand jou op je rechterwang slaat, laat hem je dan ook slaan op je linkerwang. Wil iemand jouw hemd afpakken, geef hem dan ook je jas. Als iemand jou iets vraagt, geef het hem dan. Als iemand iets wil lenen, leen hem dan je spullen.”

Dit waren hele moeilijke regels; de leerlingen hadden daar nog nooit van gehoord. Wie laat zich nou slaan, of spullen afpakken? Maar Jezus was nog niet klaar.
Hij had ook gehoord dat sommige mensen vonden dat je je naasten lief moest hebben, en dat je je vijanden moest haten.
Jezus zei daarover tegen zijn leerlingen dat ze ook van hun vijanden moesten houden. En dat ze voor hun vijanden moesten bidden. “Je moet goed zijn voor alle mensen, want God is ook goed voor alle mensen. Het is gemakkelijk om goed te zijn voor je vrienden, dat kunnen slechte mensen ook. Maar je moet proberen te leven zoals God dat doet, en God houdt ook van de mensen die soms slechte dingen doen.”

Gebed

Gebed om boosheid los te laten

Goede God,

Wij vinden het soms moeilijk om lief te zijn.
Als mensen iets stuk maken wat van ons is
worden wij boos
en sommige mensen vinden wij stom/raar.
Die doen anders dan wij, 
en we kennen ze niet goed.
Wij bidden U:
help ons onze boosheid los te laten,
en om van de mensen die wij soms stom/raar vinden
te gaan houden.

Amen

Verwerking

Gesprek met de kinderen

Jezus vertelt zijn leerlingen, en dus ook ons, geen wraak te nemen en van iedereen te houden. 
Vraag aan de kinderen of iemand wel eens iets van hun heeft afgepakt, of heeft stuk gemaakt, waar ze dan verdrietig om waren. Praat er even over door en stel vragen:
- Wat hebben ze toen gedaan?
- Had het zin om dat te doen?
- Voelden ze zich beter nadat ze dat gedaan hadden?
- Hoe voelde de andere persoon zich toen?
- Hoe is het verder gegaan? Zijn ze nu vrienden met die persoon?

vijanden liefhebbenLaat als het mogelijk is verschillende kinderen hun verhaal vertellen. Wellicht zijn er kinderen die ruzie gemaakt hebben, en nog steeds vijandig tegenover elkaar staan. Hopelijk zijn er ook kinderen die geprobeerd hebben ‘hun vijanden lief te hebben’ en het goed te maken met elkaar. Vraag ook of ze dat moeilijk vonden.

Leg aan de kinderen uit dat wraak nemen vaak alleen maar negatieve gevolgen heeft. Jij wordt er niet gelukkig van, en de andere persoon ook niet. Als je in plaats van wraak te nemen de ander vergeeft en je met die andere persoon gaat praten, dan kun je soms zelfs vrienden worden. Dit maakt het leven voor allebei gemakkelijker.

Begrijpen de kinderen waarom Jezus vindt dat je geen vijanden moet haten? Misschien zullen de kinderen begrepen hebben dat God van elke mens houdt, en elke mens waardevol vindt; en dat wij graag willen leven zoals Hij dat wil.

Maar het is ook veel prettiger om te leven te midden van vrienden. Hoe minder mensen je hebt die je niet leuk vindt, hoe gemakkelijker het wordt om fijn te leven, en het wordt zelfs gemakkelijker om, zoals Jezus zegt, iedereen lief te hebben.

Om dit duidelijk te maken, kunt u met de kinderen de spelletjes spelen die u vindt bij Extra's.

Oog om oog spelletje

Lees het verhaal van Lotte en Alex voor aan de kinderen, of vertel het uit uw hoofd.

Oog om oog....
Lotte was aan het springen op de trampoline, toen Alex er aan kwam. Alex wou ook springen, maar dat mocht niet van Lotte. Daarom was Alex boos en duwde Lotte van de trampoline. Lotte kwam heel vervelend terecht. Haar knieën waren bond en blauw. Ze had zoveel pijn dat ze niet meer kon lopen. Ze was heel erg boos op Alex. Daarom pakte ze een grote hand zand en gooide die recht in het gezicht van Alex.
Alex had heel veel pijn, en kon niets meer zien. Hij stormden richting Lotte en riep: "Dat ga ik terug doen." Alex riep ook nog dat hij Lotte ook blind zou maken.
Toen kwamen gelukkig de ouders van Alex en Lotte naar buiten. Ze hoorden dit en gingen met Alex en Lotte even rustig zitten.
Ze vertelden ze dat als je elke keer maar wraak nam dat dat geen zin had. Oog om oog maakt de hele wereld blind.
Alex zou een paar dagen niets meer kunnen zien. Lotte kon een paar dagen niet meer lopen.
De ouders zeiden tegen Alex: “Lotte is nu gelukkig niet blind, maar ze kan niet lopen”, en tegen Lotte zeiden ze: “Alex is nu blind maar kan gelukkig nog wel lopen.” Als jullie elkaar de komende dagen nou eens zouden helpen. Alex moest de komende dagen de rolstoel van Lotte duwen, en Lotte vertelde Alex precies waar ze heen moesten. Zo werden Lotte en Alex hele dikke vriendjes.

lamme blindeSpeel daarna Lotte en Alex na. Neem een stoel met wieltjes en zet een parkoers uit. Plaats Lotte in de stoel en doe Alex een blinddoek om. Laat alle kinderen één voor één de opdracht doen. Om deze opdracht nog wat extra kracht bij te zetten kunt u de kinderen tweetallen laten maken met kinderen die ze niet zo goed kennen of waar ze niet zoveel mee hebben. Op deze manier moeten ze leren te vertrouwen op een onbekende.



Rebus: heb je vijanden lief

De boodschap van Jezus is niet altijd meteen duidelijk.
Je moet even zoeken vopr je precies begrijpt wat er bedoeld wordt. 

Print de rebus en laat de kinderen zoeken naar de oplossing.

rebus heb je vijanden lief

(En Ik zeg jullie heb je vijand lief en bid voor wie jullie vervolgen, alleen dan zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel)

Bied spelletje

Speel een spelletje om de waarde van iets op het spoor te komen. Dat kan op twee manieren.

nep geld1. Met een kleine groep kinderen en genoeg tijd of de mogelijkheid de groep in twee kleine groepjes op te splitsen. (max 6 personen)
Geef de kinderen 3 papiertjes (nep geld) met daarop verschillende waardes geschreven. Bijvoorbeeld een papiertje met 5 er op, eentje met 10 en één met 15 erop. Ze hebben dan allemaal in totaal 30 euro. U Legt nu een aantal verschillende snoepjes voor uzelf neer. In totaal heeft u twee snoepjes per persoon. Schuif een snoepje naar voren en vraag aan de kinderen wat ze er voor willen bieden. Het kind dat het meeste biedt krijgt het snoepje en moet het geboden geld inleveren. Herhaal dit tot de snoepjes op zijn.

2. Met een grote groep kinderen of weinig tijd.
Geef twee kinderen ieder een briefje van 5, 10 en 15 euro (nep geld) en schrijf hun naam achter op het geld. Leg dan vier verschillende snoepjes op tafel. Ze mogen bieden op de verschillende snoepjes, door hun geld bij die snoepjes te leggen die zij graag willen kopen. Zeer waarschijnlijk bieden de kinderen verschillend op snoepjes.

Leg aan de hand van dit spel uit dat de waarde van iets voor iemand heel erg kan verschillen. Terwijl iemand al zijn geld aan dat dropje wilde uitgeven, wilde iemand anders daar helemaal niets aan uitgeven.
Je kunt dus altijd tegen problemen aanlopen als je iets van iemand anders kapot maakt. Jij kunt iets maar een of twee euro waard vinden, en zoiets kan in de winkel ook maar een of twee euro kosten, maar voor een ander kant het van onschatbare waarde zijn.

Maak het voorbeeld concreet: De kinderen hebben allemaal vast iets dat ze heel veel waard vinden. Een pop, een autootje, een theeservies, of een racebaan. Als dat stuk gemaakt wordt door een ander dan zal die ander misschien zeggen dat het maar een (stomme) pop was. Misschien koopt hij of zij zelfs wel een nieuwe pop. Deze heeft alleen een andere waarde, want die ene pop was niet te vervangen.

Zo is dat met heel veel dingen in het leven. Hoe ga je daar mee om? Jezus zegt hierover:
Maakt iemand iets stuk van jou, probeer hem dan te vergeven. Maak jij per ongeluk iets stuk van een ander, luister dan naar die persoon, en probeer het goed te maken met die persoon. Niet door hem of haar iets van precies dezelfde waarde terug te geven, maar door net iets meer te geven, om te laten zien dat het je echt spijt. Zo doe je net iets meer dan nodig is, en zo maak je vrienden!

Achtergrond

De Bergrede is een toespraak van Jezus gericht aan zijn leerlingen. De toespraak wordt Bergrede genoemd omdat er in de openingszinnen gezegd wordt dat Jezus een berg opging. De berg zou weer terugwijzen naar het moment dat Mozes de Torarollen kreeg, want Mozes kreeg de belangrijkste regels binnen het Joodse geloof op een berg. 

Jezus gaat deze week verder waar wij de vorige week gestopt zijn: Hij geeft nog twee concretiseringen van de manier waarop met de regels omgegaan dient te worden. De Tora is een gids die in moeilijke situaties uitkomst kan bieden. 

Vijanden liefhebben
In het gedeelte uit Leviticus dat bij deze zondag hoort, staan de bekende woorden: 'Heb je naaste lief als jezelf'. In Jezus' tijd ontspon zich een discussie over wie die naasten dan wel zijn. Zijn het geloofsgenoten, of kan het ook een vreemdeling zijn? We kennen deze kwestie uit het verhaal van de Barmhartige Samaritaan. (Lucas 10:25-37) 
Jezus legt 'de ander liefhebben als jezelf' uit als het liefhebben van vriend en vijand, van geloofsgenoot en vreemdeling. Wat iemand ook gedaan heeft, elke mens blijft een schepping Gods.

Oog om oog, tand om tand
Oog om oog, tand om tand is een zeer bekend spreekwoord binnen de Nederlandse cultuur. Of je nu opgegroeid bent met of zonder de Bijbel. Het wordt doorgaans gebruikt om wraak goed te praten. De regels 'oog om oog, tand om tand' maken deel uit van een langere reeks (in het boek Leviticus 24,17-22): Leven om leven, hand om hand, brandwonde om brandwonde, striem om striem enzovoort.
Daar worden ze echter op een heel andere manier gebruikt: namelijk in de context van schadevergoeding: Wanneer je iemand letsel hebt toegebracht moet daarvoor schadevergoeding betaald worden die van van gelijke waarde is.
Er wordt daarbij uitgegaan van de dader, en niet van het slachtoffer.
In het spreekwoord in onze cultuur wordt uitgegaan van het slachtoffer; je mag wraak nemen tot dezelfde hoogte van wat jou aangedaan is. In de Joodse christelijke traditie wordt het gezegde dus juist andersom gebruikt.

mahatma gandhiEen voorbeeld: 
Als je iemand oogletsel hebt toegebracht, dan zul je dat weer goed moeten maken. Dat kan door de ander iets te laten doen (jou ook een blauw slaan) of iets te geven wat dezelfde waarde vertegenwoordigt (een boete betalen). Het gaat over zoveel schadevergoeding betalen dat je hem als het ware zijn oog teruggeeft: Een oog voor een oog! Het gaat over compensatie. Uitgangspunt is de dader, die goed moet maken wat hij verkeerd deed. Het gaat hier niet over wraak nemen, maar over het accepteren van de vergelding. 

Bekend is de uitspraak van Mahatma Ghandi: An eye for an eye only ends up making the whole world blind. (oog om oog maakt op den duur de hele wereld blind)

De andere wang
De oproep van Jezus om iemand de andere wang toe te keren gaat terug op de Leviticus-tekst: een striem voor een striem. Jezus vraagt zijn leerlingen om geen schadevergoeding te eisen (een striem voor een striem) maar de vernedering te accepteren en de dader zijn andere wang toe te keren, om hem zo te confronteren met zijn smadelijke daad. Zo'n houding is pas echt groots!

donderdag 9 februari 2023

Regels


 








er zijn regels

Regels, regels, regels. We moeten er ons aan houden, maar stiekem vinden we een regel soms ook heel vervelend.
Jezus spreekt vandaag met de leerlingen over de Joodse regels. Hij is een nieuw soort leraar, waarvan de mensen verwachten dat Hij de regels misschien wel af wil schaffen. Niets is minder waar. Jezus is gekomen om de regels te vervullen: Hij hoopt aan iedereen uit te leggen waarom die regels er eigenlijk zijn. Ze hebben als doel om je dichter bij Gods Koninkrijk te brengen. 

Met de kinderen denken we vandaag na over regels. Hebben we binnen de kinderwoorddienst ook regels? En hoe zou het gaan als we geen regels hadden. Zou dat niet veel fijner zijn? We gaan het zien!


Opening

Een leeg schrift

leeg schriftBegin deze kinderwoorddienst door naast de kaars een leeg schrift open op tafel te leggen.

Neem met de kinderen plaats en steek de kaars aan bij de opening van de kinderwoorddienst. Geef het schrift door en laat de kinderen er naar kijken. Er staat niets in.
Waar zou deze kinderwoorddienstgroep het schrift mee kunnen vullen?

Laat de kinderen even nadenken en op elkaar reageren. Zeg dan dat het wel duidelijk zal worden na de lezing van het Evangelie en spreek het openingsgebed uit.
Lees dan het Evangelie.

Bijbel

Navertelling Matteüs 5,17-37

De evangelielezing van vandaag is Matteüs 5,17-37 Voor de jongste kinderen kan de navertelling van het eerste gedeelte gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Regels
Jezus gaat verder met zijn toespraak op de berg. Hij heeft al veel belangrijke dingen gezegd. Maar Hij gaat nog verder.
jezus en de wetHij zegt: “Ik ben niet naar de aarde gekomen om onze goede oude regels weg te doen. De regels van Mozes, de tien geboden, die gelden nog steeds, ook voor ons. Er zijn mensen die de regels af willen schaffen, en die tegen anderen zeggen dat ze best zonder die regels kunnen. Zulke mensen kunnen niet meedoen met de Nieuwe Wereld van God.
Want leef je wél volgens die regels en probeer je die regels aan andere mensen te leren dan kom je zéker in de hemel.
Wees daarom zo eerlijk en goed mogelijk, luister naar de regels, en doe wat God je vraagt. Anders doe je helemaal niet mee met Gods Nieuwe Wereld.”

In de Joodse regels staat dat je niemand mag doden, maar Jezus waarschuwt de leerlingen: “Dat is niet het enige! Jullie moeten ook proberen rustig te blijven, niet boos te schreeuwen. En jullie mogen geen gemene dingen zeggen tegen andere mensen.” De leerlingen knikken. Dat begrijpen ze wel.
“Als je ruzie hebt gemaakt met iemand", gaat Jezus verder “dan kun je niet zomaar voor God verschijnen. Je moet het eerst goed gaan maken en dan kun je weer naar de kerk gaan en Gods zegen vragen voor jezelf.” De leerlingen denken even na. Ze hebben  natuurlijk ook wel eens ruzie met iemand gemaakt...

Jezus was nog niet klaar met zijn toespraak. “Jullie zien vast wel eens iets slechts. Iets dat jou weghaalt bij God. Daar moet je dan niet meer naar kijken. Houd op met dingen doen die niet goed zijn. Anders gaat het de verkeerde kant op met je!”
De leerlingen zuchten eens diep. Het is een moeilijke toespraak.

Gebed

Gebed om te leren luisteren

Lieve God,

U die weet wat goed voor ons is,
wij bidden U:
leer ons naar elkaar te luisteren.
Leer ons ook te luisteren
naar de regels die U ons leert,
zelfs als het regels zijn die wij niet altijd begrijpen.
Leer ons elkaar te steunen en elkaar te helpen,
zodat we samen een wereld maken
waar het voor iedereen fijn is om te leven.

Amen

Verwerking

Leven volgens de regels

Voor deze bijeenkomst heeft u nodig:
• Flappen/grote vellen papier
• dikke stiften
• pennen
• leeg schrift (dit ligt bij de kaars)

wij luisteren naar elkaarU gaat met de kinderen een aantal regels bedenken die zij als kinderwoorddienstgroep hebben. Regels zijn de afspraken die je met elkaar gemaakt hebt. Zo doen we het samen, want dat is prettig voor iedereen.
U kunt van tevoren zelf een lijstje maken. (kaars aan, even stil zijn, naar elkaar luisteren, elkaar uit laten praten, elkaar helpen etc.)
Schrijf deze regels op een groot vel papier of een flap-overvel.
Praat met de kinderen door over wanneer de regels nodig zijn. Kennen de kinderen een situatie dat je echt niet zonder deze regels kan?

Als alle regels op papier staan, gaat u er met de kinderen dieper op in.
• Dit kunt u doen door de kinderen te vragen om een tekening te laten maken van de regels. Welke kiezen ze, en waarom?
• Dit kan door de kinderen d.m.v. een korte sketch de regels te laten uitbeelden. Kunnen ze ook laten zien wat ze van zo'n regel vinden?
• Dit kan door alle regels met elkaar hardop uit te spreken. U laat de kinderen bij elkaar in het midden staan. Na het uitspreken kunnen de kinderen kiezen of ze het een goed regel vinden (rechts gaan staan) of geen goede regel (links gaan staan). Vraag naar het waarom van hun keuze.

Als afsluiting schrijft u de regels in het schrift dat naast de kaars ligt. Misschien komt er in de loop van de tijd nog wel eens een afspraak bij...

Deze keer sluit u af met het bidden van het Onze Vader. Jezus gaf ons regels, maar ook woorden om mee te bidden. Over het Onze Vader hebben we afspraken gemaakt: zo bidden we allemaal hetzelfde. Eigenlijk ook een regel.
Het is een mooie gelegenheid om de tekst van het Onze Vader nog eens samen te oefenen.

Onze Vader,
die in de hemel zijt,
uw naam worde geheiligd,
uw rijk kome,
uw wil geschiede
op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven
aan onze schuldenaren,
en breng ons niet in beproeving,
maar verlos ons van het kwade.

Amen

Extra's

Spelletje: regels doorfluisteren

Regels zijn altijd lastig. Hoe lastig zullen de kinderen ervaren bij dit doorfluisterspelletje.

doorfluisterenZet alle stoelen in een rij. U fluistert een zin bij het eerste kind in de rij in het oor. Dit kind fluistert de zin bij de volgende in en zo gaat het door tot het laatste kind is bereikt. Deze zegt hardop welke zin hij of zij door heeft gekregen, en vervolgens vertelt u aan iedereen wat de zin was die u heeft ingefluisterd.

Een zin van één regel is nog wel te onthouden. De kinderen schuiven allemaal een stoel op het tweede kind komt op de voorste stoel te zitten en het eerste kind sluit achteraan in de rij.
Nu fluistert u twee zinnen in het oor van het eerste kind en deze fluistert de zinnen weer door.
Het laatste kind zegt hardop welke zinnen hij of zij heeft gehoord.
U kunt dit zelfs nog een keer doen met drie zinnen.

Voorbeeldzinnen:

Eerste zin: Jezus is niet naar de aarde gekomen om de Bijbel van de Joden weg te gooien.

Twee zinnen : Er zijn mensen die die regels af willen schaffen, en dat ook tegen anderen zeggen. Die mensen kunnen niet meedoen met de Nieuwe Wereld van God.

Drie zinnen: Regels zijn er voor iedereen. Maar het is moeilijk om alle regels te onthouden. Het is nog moeilijker om niet van de regels af te wijken. 

Woordzoeker regels

Een woordzoeker bij de lezing van vandaag. Download de pdf en druk het eerste blad af voor de kinderen. De oplossing van de gezochte woorden staat op het tweede blad.

Alle woorden die onder de woordzoeker staan moeten omcirkeld worden. Dan is de woordzoeker klaar.
Maar er blijven dan nog heel veel ongebruikte letters over. Voor wie een extra uitdaging zoekt, kan verder gezocht worden naar de oplossing door een rondje te zetten om de hieronder aangegeven letters. Die letters vormen samen twee woorden, de oplossing van de woordzoeker.
U vindt deze de oplossing van de twee woorden in de kleine afbeelding rechts.

Tel om bij de letters voor de oplossing te komen, steeds van boven naar beneden voor de regels en van links naar rechts voor de letters:

op de eerste regel de 2e niet gebruikte letter
op de 3e regel de 1e niet gebruikte letter
op de 4e regel de 1e niet gebruikte letter
op de 7e regel de 8e niet gebruikte letter
op de 12e regel de 1e gebruikte letter
op de 13 regel de 5e gebruikte letter
op de 17e regel de 3e niet gebruikte letter
op de 2e regel de laatste gebruikte letter
op de 11e regel de 2e niet gebruikte letter
op de 12e regel de 3e,4e,5e,6e gebruikte lettes
op de 5e regel de 10e niet gebruikte en de 3e gebruikte letter.

De gevonden letters vormen OPLOSSING:BERGREDE

oplossing woordzoeker

Spelletje zonder regels

Wat zou er gebeuren als er geen regels zouden zijn?
In dit spelletje kunnen kinderen dit zelf ervaren.

Voorbereiding: Maak vooraf stickers met daarop cijfers 1, 2, 3, Als er 9 kinderen zijn, maakt u drie stickers met daarop een 1, drie stickers met een 2, etc. genoeg voor alle kinderen.

cartoon 1 2 3Laat de kinderen in een kring gaan zitten.
Vertel dat u dadelijk bij iedereen op de rug een sticker plakt. Plak in willekeurige volgorde bij ieder kind een sticker op de rug.
Wanneer alle kinderen een sticker op hun rug hebben zegt u: "Het spel is nu begonnen” en u neemt plaats aan de zijkant. U geeft verder geen uitleg.

Laat de kinderen vervolgens hun gang gaan, stop na 5 – 10 minuten.  Het kan zijn dat de kinderen blijven zitten. Het kan ook zijn dat zij op elkaars rug gaan kijken en groepjes gaan vormen. Alles is goed.
Het gaat erom om met elkaar te ervaren hoe het is als er geen duidelijke regels zijn.
Bespreek tot slot met elkaar hoe het is om een spel te doen zonder regels.

Als er nog tijd over is, laat de kinderen dan de regels voor dit spel zelf bedenken.

Achtergrond

Joodse regels: de Tora

bergrede3Vandaag gaat het nogmaals over de Bergrede. Jezus onderhoudt de leerlingen over de regels uit de Tora. De Tora vormt het eerste deel van wat wij soms ook wel de Joodse Bijbel noemen. Het is echter niet een boek zoals wij kennen. We leren vaak dat ons Eerste Testament de Bijbel van de Joden is. Veel van de teksten komen inderdaad overeen maar we vinden ze in onze Bijbel toch in een andere verdeling terug.
Om te beginnen hebben wij er één geheel van gemaakt. De Joden hebben verschillende geschriften die ook verschillende waarde hebben.
De Wet (Tora) en de Profeten zijn twee zeer belangrijke verzamelingen boeken waar in het Nieuwe of Tweede Testament dan ook vaak naar verwezen wordt. De Wet is geen regelboek zo als wij dat kennen, maar er staan wel veel regels en geboden in; Jezus dringt in onze lezing aan op het navolgen van deze regels.

De Tora
torarolDe Tora (Wet) bestaat uit de eerste 5 boeken uit ons Oude Testament: Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri en Deuteronomium. Ze bevatten leefregels voor het Joodse volk. Het zijn daarmee niet zomaar een aantal geboden, maar een manier om God te zoeken en te vinden om God een plaats te geven in het dagelijks leven. Het vervullen van deze geboden leidt tot meer liefde voor God, dat is toch de bedoeling. De Tora is een reisgids voor wie zich onderweg weten naar God. Ze zijn niet bedoeld om anderen mee om de oren te slaan.

Jezus heeft de indringende en onvervangbare waarde van de Tora goed aangevoeld, maar was er daardoor ook van overtuigd dat zulke grote en heilige teksten misbruikt konden worden. Wie een gebod uit de Tora met liefde en respect vervult, die vervult dat gebod ook echt. Wie het gebod mechanisch uitvoert, of er eigen verborgen doelen mee nastreeft, die heft het gebod op. Jezus zegt dat Hij gekomen is om de geboden te vervullen, niet om ze op te heffen. 

Doordenken van de geboden
Jezus noemt enkele geboden bij name, zoals het gebod om niet te doden. Hij denkt echter verder en voegt er aan toe het gebod om een ander niet te haten. Want wie een ander haat is hard op weg om die ander geweld aan te doen, misschien zelfs wel te doden. Zo radicaliseert Jezus de geboden: als je het gebod om niet te doden serieus neemt, dan zou je het verbod om te haten hierbij in moeten sluiten.

donderdag 2 februari 2023

Zout en licht

 

Jezus is de berg opgegaan en geeft onderricht aan zijn leerlingen. Hij doet niet moeilijk, maar heeft het over hele gewone, maar wel belangrijke dingen: zout en licht.

zoutlicht2Maar wat Hij zegt is wel ongewoon: "Jíj bent zout; jíj bent licht".
Het is geen vraag, maar een opdracht. 

Zout zijn, en licht zijn, daar denken we vandaag met de kinderen over na. Over wat zout doet, en wat het betekent om daarmee vergeleken te worden. En over in het licht gaan staan.

Niet iedereen vindt dat gemakkelijk, maar Jezus moedigt iedereen aan om je licht te laten schijnen; laat maar zien wie je bent en wat je doet!

Opening

Wat zie je?

Bij binnenkomst ligt er op de grond een stapel kleding met daaronder een brandende zaklantaarn.
De kinderen zitten rond de kinderwoorddienst-kaars in een kring. Als de kinderen rustig zitten steek dan de kaars aan, en laat het even heel stil zijn; misschien kijken de kinderen wel naar de stapel, maar zeg er niets over. Die stilte kan overgaan in het openingsgebed.

stapel klerenNodig:
Stapel kleren
Zaklantaarn met batterijen

Voordat u het Evangelie leest vraagt u aan de kinderen: Wat zie je? Laat ze even vertellen, en lees dan de navertelling of de tekst uit de Bijbel.

Bijbel

Navertelling Matteüs 5,13-16

De evangelielezing van vandaag is Matteüs 5,13-16. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit bijvoorbeeld het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal.

Zout en Licht
Jezus zei tegen zijn leerlingen: “Jullie zijn het zout van deze wereld”. De leerlingen keken elkaar verbaasd aan. Wat was dat nou voor vreemde uitspraak?  Jezus ging verder: "Zout maakt dat eten lekkerder smaakt. En dat het veel langer goed blijft. Maar als zout niet meer zout smaakt, dan kan niemand er opnieuw zout van maken. Dan heb je er niets meer aan, en gooi je het weg.

licht onder de korenmaatJullie zijn het goede in deze wereld, Ik noem jullie het licht in de wereld. Een toren die overal bovenuit steekt ziet iedereen, je kan hem niet verstoppen. En dat willen we natuurlijk ook niet, want een toren wil je zien.
Net zo als we geen lampje aanzetten om het vervolgens onder een berg kleren te verstoppen. Nee, je zorgt dat het lampje licht geeft zodat iedereen bij dat licht beter kan zien.

Zo moeten jullie een licht zijn en schijnen voor anderen. Dan kan iedereen zien dat jullie heel veel goede dingen doen. En Ik zal er zijn om jullie te helpen! Zo eer je God en maak je Hem en de mensen blij.”

Gebed

Gebed om je licht te laten schijnen

Goede God,

vuurtorentekening1wilt U de kinderen en de grote mensen helpen,
die hun licht niet laten schijnen,
omdat ze liever niet gezien willen worden.
Iedereen heeft iets waar hij of zij goed in is!
Laten we iets van ons zelf laten zien
en onze talenten gebruiken,
en ze niet verstoppen,
en niet bang zijn om in het licht te staan.
Wilt U ons daarbij helpen?

Amen

Verwerking

Gesprek met de kinderen

Nadat u het verhaal gelezen hebt stelt u eerst een paar vragen aan de kinderen.
Hoe vinden ze het om met zout vergeleken te worden?
Wat vinden ze ervan dat ze met een lamp worden vergeleken?
Zien ze het als iets positiefs, iets moois, of juist niet?
(Gebruik de informatie die u vindt bij Achtergrond om er iets meer over te vertellen.)

Daarna haalt u de zaklamp onder de stapel kleding vandaan. Hadden de kinderen hem gezien? Heb je op deze manier iets aan een zaklamp?

spotlightSchijn dan met de zaklamp op de buik van elk kind.
Wanneer u de zaklamp op een kind richt vraagt u aan de groep:
Wie zie je? (De kinderen noemen de naam van het kind)

U vraagt aan het kind waarop de zaklantaarn schijnt:
'Wat kan jij heel goed?'
Nadat het kind deze vraag beantwoord heeft vraagt u:
'Hoe ga jij deze week deze kwaliteit van jou (dat is dat wat jij goed kan) inzetten?'
(Bijvoorbeeld: Een kind antwoordt: ‘ik kan goed rekenen’
u vraagt dan: ‘wie ga jij deze week helpen met rekenen?’
‘Ik kan goed voetballen’
u vraagt: ‘Wie ga jij deze week helpen om wat jij weet van voetballen aan andere kinderen te laten zien’)

Elk kind komt aan de beurt. 
Vraag de kinderen tot slot hoe het voelt om met je talent, dat waar je goed in bent, in de spotlights te staan.

Ga daarna met de kinderen verder met zout proeven. (zie Extra's)

Extra's

Hoe smaakt zout?

Proeven
Neem zoutloos brood of zoutloze chips mee (in de supermarkt bij de reformafdeling kunt u dit vinden). Laat de kinderen van het zoutloze brood proeven en geef hen daarna een stukje gewoon brood.
U kunt ook een reep chocolade meenemen en een reep chocolade met zeezout (overal te koop). Praat daarna met elkaar eens door over het verschil in smaak. 

Je bent een kind waar pit in zit!
zout op handNodig: busje zout (liefst wat grof zeezout).

Strooi een paar korrels zout op de hand van ieder kind en vraag, als iedereen zout heeft, dit met een natte vinger te proeven.
Geef daarna elkaar de hand en zeg met elkaar: ‘Ik ben een kind waar pit in zit’.

Vraag de kinderen tot slot waaraan we dat kunnen zien.



De zaklantaarn, een verhaal over licht

De Zaklantaarn
Uit Karel Eykman en Peter Vos, De werksters van halfvijf en andere gelijkenissen.

(de pdf bevat 4 pagina's met het hele verhaal, u kunt het downloaden of bekijken)







Zoutlamp

zoutlamp 1Misschien heeft u thuis een zoutlamp staan. Een klomp zou waarin een lichtje is opgenomen. U kunt ze ook via internet kopen. 
Zo'n zoutlamp voegt de twee vergelijkingen van vandaag samen.
Zet de lamp aan en vraag of de kinderen weten wat voor lamp dit is.

(U kunt ook de zaklamp onder de kleren bij de opening van deze bijeenkomst vervangen door deze zoutlamp)

 


Liedje: Laat zo je licht maar schijnen

 

Laat zo je licht maar schijnen bij alles wat je doet, zodat de mensen zeggen: 'God is goed!'

Een vrolijk liedje om mee te zingen.
Elly en Rikkert en het kinderkoor Samen

Achtergrond

Symboliek van zout en licht

De Bergrede
Matteüs 5,13-16 is onderdeel van de Bergrede. De Bergrede is een toespraak van Jezus gericht aan zijn leerlingen. De toespraak wordt Bergrede benoemt omdat er in de openingszinnen gezegd wordt dat Jezus een berg opging. De berg zou weer terugverwijzen naar het moment dat Mozes de Tora rollen kreeg. Mozes kreeg de belangrijkste regels binnen het Joodse geloof op een berg. Die verhalen staan in het Oude Testament, in de boeken Exodus en Deuteronomium.

zout en lichtVandaag lezen we uit deze Bergrede. In dit deel wordt veel over zout gesproken. Zout was in de tijd van Jezus zeer waardevol. Het was één van de beste manieren om je eten langer houdbaar te houden, om je eten meer smaak te geven, maar het werd ook gebruikt als ruilmiddel (lees: geld). In deze tijd was zout dus veel belangrijker en waardevoller dan dat zout nu is.
Voor licht geldt hetzelfde. Tegenwoordig is licht maken geen probleem meer maar vroeger was dat anders.
Een korenmaat was een grote ton, of bak waar koren in werden gemeten. Vaak moest een gezin het doen met één lamp. De vergelijking met licht en zout wil laten zien dat mensen waarde hebben en dat mensen die waarde ook moeten laten zien. Je moet zoveel mogelijk goede daden verrichten, laten zien waar je voor staat.

Zout
Zout spreekt tot de verbeelding van mensen, in allerlei tijden in allerlei culturen. Volgens een Oud-Syrische overlevering komt het zout regelrecht van de goden. Vanwege zijn zuiverende werking was het in het oude Rome gebruik om nieuwgeborenen zout op de lippen te strooien. Daardoor moest het jonge leven beschermd worden tegen dreigend onheil. Een gebruik dat we nog steeds hanteren bij de kinderdoop. In de Bijbel, zowel in het zogenaamde Oude als Nieuwe Testament komen we dat woord zout vaak tegen. Het heeft te maken met levenskracht.
In Afrika sterven er mensen bij gebrek aan zout. Zout is levensnoodzakelijk. Wij denken daar niet meer aan. Alleen als we een zoutloos dieet krijgen, beseffen we ineens, wat we eigenlijk nodig hebben.
De oudste wegen van Europa zijn de zogenaamde zoutwegen. Zout was toen het meest begeerde handelsartikel. Lonen werden ook vaak in zout betaald, toen er nog geen sprake van geld was. Grappige is dat ons woord salaris afgeleid is van het Latijnse woord ‘Sal’. En dat woord betekent zout!

Zout en Licht bij het Doopritueel
doop zoutZout en licht zijn niet buitengewoon. Ook een christen is geen haar beter dan zijn of haar omgeving. Maar toch heeft een christen iets dat anderen niet bezitten. Jezus zegt niet: jullie zouden het zout der aarde, het licht der wereld moeten zijn. Hij zegt: jullie zíjn het! Jullie zíjn 't zout der aarde, jullie zíjn het licht van deze wereld! In onze doop hebben we van God het zout en het licht meegekregen.
Na de doop met water, en de zalving met chrisma volgt nl. een ritueel dat rechtstreeks terug te voeren is op de lezing van vandaag. Aan de paaskaars wordt een doopkaars ontstoken. Deze symboliseert dat de dopeling een licht voor de wereld is. Vroeger (en in sommige kerken gebeurt dat nog steeds) kreeg de dopeling een beetje zout op de tong. Dit herinnert aan Jezus’ oproep aan degenen die Hem volgen om het zout van de aarde te zijn. Zout staat voor smaak geven en pit hebben.