Project de Nieuwe Wereld
Maria is zwanger, en Jozef weet van niets. Wat moet Jozef doen? Een engel helpt hem in een droom om de juiste keuze te maken. Hij zal trouwen met Maria en zo het verhaal van God en mensen helpen gebeuren.
Op deze vierde zondag van de Advent gaan we echt op weg naar Kerstmis. Maria is zwanger, en er wordt nagedacht over een naam voor het kindje. Ook hier worden Jozef en Maria geholpen: het zal een naam met een bijzondere betekenis worden. Aan zijn naam kun je al zien dat God in Jezus heel dichtbij komt.
Met de kinderen denken we deze bijeenkomst na over namen en hun betekenissen, maar ook over wat we zelf kunnen doen om die Nieuwe Wereld van God dichterbij te brengen.
Project Kleine Uil
Daarnaast bieden de eerste vier tegels van de site een nieuw project op basis van de filmpjes van Kleine Uil wordt wijs. Kleine Uil, Joes en Mara leven samen met bekende figuren uit het kerstverhaal toe naar Kerstmis.
Vorige week bracht de engel Gabriël de boodschap aan Jozef dat hij echt nodig. Deze week krijgen de herders een boodschap, ook weer van een engel, en ze besluiten om te gaan kijken...
Opening
Kleine Uil wordt wijs - Opening en gebed
Neem met de kinderen plaats in een kring.
Hang of leg de adventskrans op een centrale plaats op een paars kleed.
Zet de stal in opbouw op het kleed of in zichtbaar in de ruimte (Zie bij Extra’s Kleine Uil wordt wijs kerststal)
U steekt elke zondag de kaars aan die bij de adventzondag hoort.
U kunt het onderstaande gebed bidden of kiezen voor het adventsversje bij de 4e kaars.
Gebed
Lieve God,
Wat fijn dat we hier samen zijn,
om rustig toe te leven naar Jezus’ geboorte.
Rustig wachten en waken is best moeilijk.
We zijn ongeduldig.
We willen weten hoe het verder gaat
en of het goedkomt.
Maar wachten, zoals herders doen, hoort erbij.
Geef ons blijde verwachting
op weg naar Kerstmis
en vertrouwen dat alles goed komt.
God, Geef ons een verheughart,
op weg naar Kerstmis.
Het vierde kaarsje is/mag aan.
Amen
Kaarsenversje
Het vierde kaarsje brandt;
we zijn op weg naar Kerstmis.
In een ver land wordt een kind geboren
dus nu vast een klein beetje licht:
vier kaarsjes in de duisternis.
Optie: Het gebed kan ook bewaard worden voor het slot van de kinderwoorddienst in de eigen ruimte of in de kerk.
Bijbel
Kleine Uil wordt wijs - We gaan kijken
In het adventsproject van Kleine Uil wordt wijs hebben Joes en Kleine Uil meegedaan in het kerstspel. Joes was herder, en Kleine Uil mocht engel zijn! Ze zijn onder de indruk omdat ze mochten kijken bij het kindje Jezus. Uit het 'Boek van mijn Moeder' horen Joes en Kleine Uil over de herders die van een engel een boodschap krijgen, en ook besluiten te gaan kijken. Maar dan houdt het verhaal op, want Kerstmis is nog een paar nachtjes slapen.
Bekijk hier de aflevering: De herders - We gaan kijken gebaseerd op het verhaal van de herders die in het veld bezoek krijgen van een engel en die besluiten om op zoek te gaan naar het kindje Jezus. (Lucas 2,8-16a)
Tip: Stop de film als de vragen in beeld komen die aan het eind wordt getoond. Zo blijven deze zichtbaar bij het gesprek dat u met de kinderen gaat voeren.
De filmpjes van Kleine Uil zijn vrij toegankelijk op internet. Doordat ze meestal aansluiten op de lezingen van het r.k. leesrooster vormen ze een mooie opstarter voor kinderwoorddienst/kindernevendienst en catechese. In de klas helpen ze de leerkracht invulling te geven aan levensbeschouwelijke vorming.
Kleine Uil wordt wijs heeft een eigen Adventsproject. De filmpjes komen voor de Advent online.
Colofon
Uitgave: 2022 Adveniat, Baarn
Teksten, poppen en tekeningen: Marjet de Jong
Poppenspel: Mariska Litjes, Marjet de Jong
Opname en editing: Mannes van der Burg
Vertelstem verhaal: Tom Dirks
Muziek: Esther Ocheng
Opname en mixage: Kees van Mechelen
Redactieadvies en webmaster: Edith Vos
YouTube kanaal ‘Kleine Uil wordt wijs’
Kleine Uil wordt wijs is mede mogelijk gemaakt door de StBKBO te Nieuw-Vennep.
Verwerking
Kleine Uil wordt wijs - Gesprek met de kinderen
Elke adventbijeenkomst wordt aan de hand van de vragen uit het filmpje van Kleine Uil wordt wijs het gesprek met de kinderen gevoerd. Laat de vragen dus wat langer in beeld staan, of schrijf ze van tevoren op een flapover. Na afloop van het filmpje kunt u dan meteen door met de vragen in het gesprek.
Voor deze 4e Advent zijn de vragen:
• Ga jij ook naar een grote kerststal kijken? Waar?
• Hebben jullie thuis een kerststal?
• Welk plekje zou jij willen bij de kerststal?
In de film hebben Joes (als herder) en Kleine Uil (als engel) meegedaan in het kerstspel. Ze zijn onder de indruk van het kindje Jezus dat is geboren en naar wie ze zijn wezen kijken.
Vraag of de kinderen thuis een kerststal hebben? Gaan ze wel eens kijken naar een hele grote kerststal? Waar is dat dan?
De herders in het bijbelverhaal schrikken. Hoe komt dat? Wat denk je dat ze vinden ze als ze gaan kijken, naar waar de engel hen naar toe stuurt?
Stel dat de kinderen zelf een figuur uit de kerststal zouden mogen zijn, wie zouden ze dan het liefste willen zijn? En waarom?
Extra's
Kleine Uil wordt wijs - Kerststal
Bij dit adventsproject maken we een kerststal. De figuren uit de adventsverhalen komen er in of bij te staan. De stal wordt bekleed met gekleurde post-it blaadjes. Op de blaadjes staat op de vierde adventszondag te lezen waar de kinderen graag naar willen kijken.
Benodigdheden:
voor het maken van de stal kunt u kijken bij de 1e Advent.
voor de opdracht:
- paarse post-its
- pennen of stiften
- de stal in wording
- figuur van de herders (downloaden, printen, uitknippen en verstevigen)
De kerststal
In dit adventsproject wordt een kerststal (eenvoudig te maken van een doos) in de 4 weken aan de binnenkant kleurig aangekleed. De wanden worden bekleed met gekleurde post-its. Elke week wordt een andere kleur post-its gebruikt.
De figuren uit de bijbelverhalen kunt u printen en elke week in of bij de stal zetten.
Verstevig de figuren door te printen op dikker papier 'met een voetje' of te plakken op karton of een wc-rolletje.
Zo ontstaat richting Kerstmis een steeds ‘kleurrijker’ geheel met de inhoud die nodig is om ons op Kerstmis te verheugen.
De 4e Advent
Gebruik voor deze 4e Advent paarse post-its.
Geef elk kind een aantal post-its en stel de vraag “Waar kijk jij graag naar?”
Laat de kinderen op de post-its schrijven waar zijn voor nodig (willen) zijn of waar zij graag naar zouden willen kijken.
Laat ze de post-its een plekje geven aan de binnenkant van de kerststal (doos).
(Kies zelf of u ze elke Advent op één wand wilt laten plakken of gewoon alles door elkaar).
Laat de kinderen de figuur van de herders een plek geven in of bij de stal.
(Het verhaal van de herders speelt zich buiten op het veld af. Maar de herders gaan wel op weg naar de stal. Overleg met de kinderen wat zij een goed plek voor de herders vinden. Misschien zijn ze nu nog ver weg, maar over een week...)
Extra: Spel
Is er tijd over?
Speel dan het spelletje: 'Ik zie, ik zie wat jij niet ziet'.
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet.
Voor de herders is het een verrassing wat zij zullen gaan zien. Ze gaan op weg, maar weten nog niet waar ze precies naar gaan kijken.
Kind(eren) en volwassen(en) gaan bij elkaar zitten en een iemand mag een voorwerp in zijn hoofd nemen wat te zien is in de ruimte waar je bent te zien is.
Het is de bedoeling dat de anderen gaan raden wat diegene ziet;
Het kind zegt: Ik zie, ik zie wat jij niet ziet en de kleur is rood.
Vanaf dat moment gaan de andere om zich heen kijken en gaan ze voorwerpen zoeken die rood zijn.
Ze noemen ze op en diegene die het goed heeft geraden mag nu een voorwerp in zijn of haar hoofd nemen en zeggen: Ik zie ik zie wat jij niet ziet en de kleur is....
Opening
Een naam met een betekenis
In deze adventsweken wordt gewerkt met een kijktafel. Het idee is dat de kijktafel in de kerk staat. Elke week wordt er door de kinderen in de kinderwoorddienst verder gebouwd aan deze kijktafel. Iedere zondag van de Advent krijgen de kinderen een wegwijzer die richting geeft aan ‘de Nieuwe Wereld’.
In de kerk:
Bekijk voor je de kerk verlaat met de kinderen even de kijktafel met de weg die je in de kerk hebt liggen, zodat ze weten waar ze later mee aan de slag gaan.
U kunt er voor kiezen om de pastor de wegwijzer van de vierde advent mee te laten geven aan de kinderen, naar hun eigen ruimte.
In de eigen ruimte:
Leg de adventskrans (van de vorige weken) in het midden en leg uit dat we nu aan de vierde week van de Advent beginnen. Nog een week dan is het Kerstmis. De krans helpt ons om te zien dat we steeds dichter bij het Licht komen. Laat één van de kinderen de eerste kaars, tweede, derde en de vierde kaars aansteken. Zing een liedje of spreek een tekstje uit bij de krans of bid samen (zie suggesties bij Extra’s en Gebed).
Bij de adventskrans staat ook een wegwijzer met de woorden ‘Doe mee!’ * (of als deze mee is gegeven van uit de kerk, zet u de wegwijzer bij de adventskrans).
Vertel de kinderen dat een naam vaak een mooie betekenis heeft. Weten de kinderen wat hun naam betekent? Zoek het eventueel samen op. Zorg dat u een paar namenboekjes bij de hand heeft in de kinderwoorddienstruimte of zoek het op internet op: http://www.betekenisnamen.nl/ Schrijf de namen en hun betekenis op een flap.
Vertel dan het verhaal van vandaag, dat heel dicht bij Kerstmis komt. Maar let op, net niet helemaal.
*de wegwijzers zijn te downloaden bij de Extra's. Print ze op stevig papier. Plak ze op een stokje. Verstevig de onderkant met wat klei, zodat de wegwijzer blijft staan.
Bijbel
Navertelling Matteüs 1,18-24
De evangelielezing van vandaag is Matteüs 1,18-24. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.
Doe mee!
Jozef was verliefd op Maria en wilde heel graag met haar trouwen. Maria, die later de moeder van Jezus zou worden, had tegen Jozef JA gezegd; ze wilde wel met hem trouwen.
Op een dag ontdekte Jozef dat Maria zwanger was. Hij wist niet dat het kindje van God kwam. Maar hij wist wel dat hij niet de vader was. Jozef was een goede man. Hij kon naar de politie gaan. De politie zou Maria dan straffen omdat ze een kindje kreeg van een andere man. Maar dat wilde hij niet doen. Hij wilde Maria gewoon zeggen dat ze maar met de vader van haar kindje moest trouwen.
Terwijl hij hierover nadacht in zijn bed, viel hij in slaap. Hij kreeg een droom. Daarin zag hij een engel die tegen hem zei: “Jozef, het kindje in Maria’s buik komt van God. Het is een heel bijzonder kindje. Hij zal de mensen redden en naar God brengen. Lees maar in de Bijbel. Daar staat dat een jonge vrouw een kindje zal krijgen. Ze zal dat kindje Immanuël noemen. Dat betekent God met ons. Laat Maria niet weggaan. Doe mee met het verhaal van God en help haar.”
Toen Jozef weer wakker werd las hij het verhaal in de Bijbel nog eens over. Hij begreep dat dit verhaal ook over Maria en haar kindje ging. Hij besloot bij Maria en het bijzondere kindje in haar buik te blijven. Daarom gingen ze samen trouwen.
Gebed
Gebed voor alle kinderen
Goede God,
vandaag branden er al vier kaarsjes;
Kerstmis is nu heel dicht bij.
Wij bidden U dat er voor alle kinderen op de wereld
vrolijkheid mag komen,
doordat oorlogen zullen stoppen
en zij weer kunnen spelen, zonder angst.
Misschien zullen de wapens met Kerst weer één dag zwijgen,
maar dat is niet genoeg God!
Wij willen graag dat alle kinderen
mee kunnen doen met spelen, dansen en zingen
om samen een Nieuwe Wereld te maken.
Amen
Verwerking
De namen van Jezus
De kinderen hebben bij de opening de betekenis van hun eigen naam ontdekt. Weten zij ook wat de naam Jezus betekent? Vertel de betekenis van de naam Jezus aan de kinderen (God met ons of God redt) Vraag aan de kinderen welke naam zij het mooiste vinden voor Jezus. Vinden ze God redt mooi, of God met ons? Zijn er nog meer namen die bij Jezus horen?
Messias/Christus betekent Gezalfde in respectievelijk het Hebreeuws en in het Grieks. Het is een titel, geen achternaam, zoals kinderen soms denken.
Jezus wordt ook de Zoon genoemd, of de Mensenzoon en het Woord.
In de Ik-ben-woorden noemt Jezus Zichzelf de Weg, de Waarheid en het Leven; Hij wordt ook wel de Goede Herder genoemd en het Licht van de Wereld. Het zou kunnen dat ook de kinderen heel mooie namen of titels voor Jezus hebben. Geniet daarvan.
Schrijf alle namen van en voor Jezus op een flap.
Iets oudere kinderen kunt u ook de opdracht geven alle namen die ze weten van Jezus op een post-it memoblaadje te schrijven en die op een deur, muur of flap te plakken.
Ga dan naar de rest van het verhaal. Jozef wilde het ontstane probleem oplossen op een heel sympathieke manier, zeker voor die tijd. Maar daarmee blijft Hij wel buiten de plannen van God met dit kindje staan. Bespreek met de kinderen waarom het zo belangrijk is dat Jozef meedoet met de plannen van God voor een Nieuwe Wereld. Hoe meer mensen meedoen, hoe beter.
Jezus heeft zo een zo normaal mogelijke jeugd. Zo zal Jezus een wettelijke nakomeling van koning David zijn. Voor Maria wordt het zo ook gemakkelijker. Er zijn dus heel gewoon praktische redenen te bedenken, maar ook theologische redenen, zoals de afstamming van koning David.
Bespreek tenslotte met de kinderen hoe zijzelf zouden kunnen meewerken aan de plannen van God voor de Nieuwe Wereld. Misschien hebben ze zelf ook wel een naam die daar iets over zegt. (je naam kan bijvoorbeeld zomaar Strijder voor gerechtigheid betekenen).
Leg er de nadruk op, dat het belangrijker is dat je meedoet, dan dat je geen fouten maakt.
Extra's
Wegwijzers
U kunt de wegwijzers groot afdrukken, en bijvoorbeeld door de voorganger mee laten geven aan de kinderen wanneer zij naar de kinderwoorddienst gaan. Op de wegwijzer staat het thema van de zondag.
Print ze op stevig papier. Plak ze op een stokje. Verstevig de onderkant met wat klei, zodat de wegwijzer blijft staan.
Figuren voor op de kijktafel
Op de kijktafel komen telkens nieuwe figuren te staan. Zij vertellen het verhaal.
Print of kopieer ze op stevig wit papier. De figuren kunnen zo groot afgedrukt worden als u dat zelf wilt.
Activiteit:
Laat de kinderen de figuren: knippen, kleuren, versieren.
Zet de figuren op de kijktafel.
Tip: snijd een wc-rolletje in stukjes van 2 cm. Knip aan beide kanten een inkeeping.
Zet de figuren hierop vast. Zo blijven ze goed staan. U kunt ook onderaan de figuren een strook van 2 à 3 centimeter knippen, en die om het we-rolletje plakken. Zie hiervoor de eerste bijeenkomst van de Advent.
U of de kinderen kunnen ook klei-klompjes maken en hier een inkeping in maken waarin u de figuren vast zet.
Wij bieden een basis aan materiaal om de kijktafel op te bouwen.
Uiteraard kunt u zelf de kijktafel ook opbouwen of mooier maken naar eigen inzicht, door gebruik maken van diverse materialen om het landschap op te bouwen. (bijvoorbeeld een rivier, een boom etc.)
De figuren voor deze zondag zijn: een engel die wijst, Jozef die wegloopt, Jozef en Maria op weg, een opengeslagen boek, Maria die zwanger is.
Kaarsenliedje
Steek één kaarsje aan.
Kerstfeest is nog ver.
Kijk eens naar het vlammetje.
't Lijkt wel een ster.
Steek twee kaarsen aan.
Licht wordt groter nu.
Donker gaat verdwijnen,
Heer wij danken U!
Steek drie kaarsen aan.
Helder is hun schijn.
’t Duurt nog maar een poosje,
dan zal ’t Kerstfeest zijn.
Steek vier kaarsen aan.
’t Feest komt dichterbij.
Jezus is voor ons geboren
Kom, wees blij!
Kaarsentekstje
Het vierde coupletje van het kaarsentekstje. Lees het voor, of laat een kind het voorlezen bij het aansteken van de vierde kaars.
De tekst kan ook gezongen worden op de wijs van Drieschuintamboers.
Het vierde kaarsje brandt;
we zijn op weg naar Kerstmis.
In een ver land wordt een kind geboren
dus nu vast een klein beetje licht:
vier kaarsjes in de duisternis.
Kijktafel van de nieuwe wereld
In de adventsweken wordt er gewerkt aan een kijktafel van ‘De Nieuwe Wereld.’ Deze week bouwt u met de kinderen verder aan het vierde gedeelte. De wereld wordt steeds mooier.
Voor aankleding van de kijktafel
Benodigdheden:
Dikke zwarte stift, om een vierde gedeelte te markeren.
De figuren van de derde zondag (zie Extra's).
Print of kopieer ze op stevig wit papier.
Bij Kerstmis kunt u een impressie van de gehele kijktafel zien, zoals die gaat worden.
Namen klap-spelletje
De kinderen zitten in een kring en moeten eerst een ritme leren: een klap met beide handen op de knieën, daarna een klap in de handen en dan de rechterduim over de rechterschouder wijzen, vervolgens de linkerduim over de linkerschouder wijzen.
Terwijl deze laatste twee bewegingen gemaakt worden, noemt een vooraf aangewezen kind eerst zijn/haar eigen naam en dan de naam van een ander kind.
Dat wil zeggen: wijzen met rechterduim: noem je eigen naam, wijzen met linkerduim: noem de naam van een ander. Gedurende het hele spel blijven alle kinderen het ritme klappen, terwijl het kind wiens naam als tweede genoemd wordt, de volgende beurt heeft.
Is het kind te laat met het noemen van een naam, of raakt het uit het ritme, dan mag hij/zij even niet aan het spel deelnemen. De snelheid kan worden opgevoerd of vertraagd.
Achtergrond
Wegsturen of trouwen?
Matteüs 1,18-24
Op de vierde adventszondag gaan we terug in de tijd. We verwachten de komst van het kindje Jezus op deze wereld en horen Matteüs vertellen hoe wonderlijk de geboorte van Jezus was.
Uithuwelijken
In die tijd was het heel normaal om uitgehuwelijkt te worden. Vanaf het moment dat de afspraken tussen de families gemaakt waren, behoorde een vrouw al aan een man toe. Pas na de huwelijkssluiting gingen mensen samen wonen op de plek waar de man woonde. Matteüs vertelt dat Maria zwanger werd nadat haar hand al vergeven was maar voordat ze getrouwd was. Dat was een groot schandaal. Dit schandaal kon echter nog een beetje in de kiem gesmoord worden. Als Jozef in het geheim het huwelijk af zou zeggen zou Maria niet slecht bekend komen te staan. Ze zou dan kunnen trouwen met de vader van het kind. Voor die tijd was dit een groots gebaar van Jozef. Zijn mannelijke eer was immers behoorlijk gekrenkt. Hij had zelfs om steniging van Maria kunnen vragen. Jozef wordt, door te vermelden dat hij uit de geslachtslijn van David komt, ook als een groot man neer gezet. Uit welke familie je komt was van groot belang. Als afstammeling van koning David komt hij uit een van de beste families waar je maar van af kunt stammen.
Jozef overweegt dus de stappen die hij kan nemen, de doodstraf eisen vanwege overspel of in stilte de verloving verbreken en Maria de kans geven met een schone lei te beginnen. Dan krijgt hij een droom waarin een engel verschijnt. De voorspelling die de engel in de droom noemt komt uit het bijbelboek van de profeet Jesaja. In Jesaja wordt de voorspelling ook gedaan aan een afstammeling van David. Het verschil is alleen in dat in Jesaja staat dat een ‘jonge vrouw’ een kind zal baren, en hier wordt in het Nederlands het woord ‘maagd’ gebruikt. Meestal werden vrouwen al op jonge leeftíjd uitgehuwelijkt en het zou kunnen dat het woord maagd en jonge vrouw in die tijd ongeveer gelijk waren.
De naam van het Kind
Het gaat hier echter vooral om de naam van het kind dat geboren zal worden, Immanuel. In Jesaja wordt met de naam Immanuel uitgedrukt dat God bij de mensen is. Dat is ook in onze evangelielezing het belangrijkste. God is betrokken bij deze gebeurtenissen.
Er wordt nog een tweede naam genoemd. Uiteindelijk krijgt de boreling de naam Jezus. De naam Jezus betekent JHWH bevrijdt of redt. JHWH is de Godsnaam, die uitgesproken werd als Adonai, wat Heer betekent. Men mag en kan de naam volgens de traditie niet uitspreken, vandaar dat de klinkers hier altijd ontbreken.
Jezus was in die tijd een gangbare jongens naam. De cultuur schreef voor dat de mannen de naam van het kind kiezen.
Jezus moedigt 
Bekijk voor je de kerk verlaat met de kinderen even de kijktafel met de weg die je in de kerk hebt liggen, zodat ze weten waar ze later mee aan de slag gaan. 
Leg de adventskrans (net als de vorige weken) in het midden en leg uit dat we nu aan de derde week van de Advent beginnen. De krans helpt ons om te zien dat we steeds dichter bij het Licht komen. Laat één van de kinderen de eerste kaars, de tweede kaars en de derde kaars aansteken. Zing een liedje of spreek een tekstje uit bij de krans of bid samen (zie suggesties bij Extra’s en Gebed).
Vraag dan aan de kinderen om in een kring te gaan staan. Neem een stopwatch of uw telefoon en daag ze uit om zo lang mogelijk op één been te blijven staan. Moedig ze aan, vooral met de woorden ‘Hou vol!’ Klok even hoe lang de laatste het vol heeft gehouden en schrijf dat op.
Ga terug naar Johannes in de gevangenis. Beschrijf hoe moeilijk hij het daar had. Opgesloten in plaats van lekker buiten vrij om te gaan en te staan waar hij wilde, ruwe soldaten om hem heen, een vieze cel, de dreiging dat hij gedood zou worden. Geen wonder dat hij twijfelt aan zijn eigen boodschap van een Nieuwe Wereld. Hij ziet die Nieuwe Wereld even niet. Maar Johannes vraagt hulp. Hij stuurt zijn leerlingen naar Jezus en vraagt Jezus of hij zich vergist heeft. Zat hij op de verkeerde weg? En Jezus vertelt over alle mooie dingen die gebeuren. Niet om op te scheppen over wat Hij allemaal doet. Nee, Jezus laat Johannes zo zien dat het allemaal niet voor niets is wat hij heeft gedaan. Er gebeuren prachtige dingen in de wereld. Zo helpt Jezus Johannes de mooie dingen weer te zien. En zo zegt Hij tegen Johannes: “Hou vol!, het is allemaal niet voor niets geweest."
Voor aankleding van de kijktafel
Hij zit gevangen. Johannes was opgepakt en in de gevangenis gegooid omdat hij tegen Herodes Antipas had gezegd dat hij niet mocht trouwen met de vrouw van zijn broer. Herodes, een kleinzoon van de Herodes de Grote die we tegenkomen bij de geboorte van Jezus, was een machtige leider over een deel van Israël. Hij had het liefst Johannes direct laten ombrengen, maar hij had ook respect en angst voor Johannes. Uiteindelijk laat hij Johannes toch onthoofden op verzoek van Salomé, de mooie dochter van Herodias, de vrouw van zijn broer. Dit wordt in der katholieke kerk herdacht op 29 augustus.
Van het verhaal van de onthoofding van Johannes de Doper en het dansen van Salomé spreekt tot de verbeelding. Er zijn door diverse kunstenaars schilderijen van gemaakt en Oscar Wilde schreef in 1891 het toneelstuk Salomé, Richard Straus maakte er een opera van, waarop ook weer een film is gebaseerd (1923).