vrijdag 27 augustus 2021

Van buiten en van binnen schoon

 





















Opening
Handen wassen

Vraag de kinderen wat ze zien staan in het midden van de kring. Vinden ze dat raar, in de kerk? Hoort het bij de coronatijd? Of komt het ze bekend voor uit de kerk?

jezus over reinheid2








Regels zijn regels! Maar toch zegt Jezus vandaag dat wanneer je zomaar de regels navolgt, je eigenlijk niets doet. De farizeeën maken ruzie met Hem, omdat de leerlingen met ongewassen handen hun brood eten. En dat is tegen de regels. Maar volgens Jezus gaat het daar niet om. Het gaat erom hoe je van binnen, in je hart en je hoofd, bent. Want wat een mens slecht maakt komt uit hemzelf, uit zijn gedachten, en niet van buiten.

Toch horen van buiten en van binnen schoon wel bij elkaar. Handen wassen hoort er in tijden van Corona echt bij. Met de kinderen kijken we hoe in onze kerk het wassen van de handen of de voeten een plaats heeft gekregen. Ook nemen we een kijkje bij de Moslims, voor wie het ritueel wassen voor het bidden er ook echt bij hoort. Zo hopen we dat de kinderen zullen ontdekken wat rein en onrein wil zeggen. 

Op de tafel in de kring staat een schaal met een handdoek erbij. En er staat een kaars klaar. Vraag de kinderen plaats te nemen in de kring en laat ze stil worden. Steek de kaars aan en heet iedereen welkom.

handen wassen priesterVertel als dat nodig is dat het een gewoonte is in de kerk dat de priester voor het eucharistisch gebed eerst zijn handen wast. Hebben ze dat wel eens gezien?
De misdienaar reikt hem daarvoor een schaal aan en giet uit een kleine karaf wat water over de handen van de priester. Deze kan kan eveneens in het midden gezet worden. Vraag de kinderen straks goed op te letten hoe dat gaat, als ze terug in de kerk zijn.

Kunnen de kinderen bedenken waarom de priester dat zou doen? Zou de priester dan net vieze handen hebben gemaakt? Heeft het wel met schoon zijn te maken? 

Daar gaat de bijbellezing van vandaag ook over. Bid het gebed en vraag de kinderen te luisteren naar het verhaal. 

Bijbel
Navertelling Marcus 7,1-8+14-15+21-23

De evangelielezing van vandaag is Marcus 7,1-8+14-15+21-23. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Denk goed na!

Het is toch wat met Jezus! Iedereen wilde bij Hem zijn. Mensen gingen naar de plekken waar Hij was. Ze wilden horen wat Hij te vertellen had. Ze namen zelfs zieken mee en vroegen Jezus om genezing. Er werd rond verteld dat je alleen door de kleren van Jezus aan te raken weer gezond kon worden. Jezus leek de aardigste man ter wereld.

Leek… want soms kon Hij ook heel boos worden. Als Hij ergens in geloofde dan was Hij daar niet vanaf te praten. Hij was niet bang om precies te zeggen wat Hij bedoelde en wat zijn Vader in de hemel Hem gezegd had.

Vandaag wordt Jezus weer boos. Hij wordt boos op de mensen die in de tempel werken. De farizeeën en sommige Schriftgeleerden zijn dol op regeltjes. Je mag je brood niet eten met je handen als je ze niet hebt gewassen. Als je naar de markt bent geweest moet je wassen. Je moet bidden, je moet dit… je moet dat… Alles moet gaan zoals het altijd is geweest.

jezus over reinheid2Maar Jezus zegt: “Doe de regels niet omdat ze er altijd al zijn geweest. Maar denk zelf na!
Je moet een regel doen vanuit je hart! Je moet luisteren naar wat Ik zeg en ook naar jezelf luisteren. Doe iets niet alleen maar omdat het een regel is.”
Als je niet nadenkt en je doet niet de goede dingen dan noemt Jezus dat slecht. Dan ben je onrein. Dat wat je onrein maakt, het doen van dingen die andere mensen pijn doen, dat komt uit jezelf en niet van buiten, volgens Jezus.
En dan noemt Jezus een heleboel lelijke dingen die mensen kunnen doen: "Gemene dingen zeggen of iemands vriendinnetje afpakken. Liegen of niet nadenken bij wat je zegt en zo iemand pijn doen. Iemand doodmaken en ga zo maar door.
Je moet nadenken over wat God zou willen dat je zegt. Wat je zegt, moet je met liefde zeggen. En dus moet je er niet zomaar van alles uitflappen. Als je goed nadenkt en met liefde spreekt, dan ben je rein!"

Iedereen die luisterde was helemaal stil geworden van wat Jezus vertelde. Ze moesten daar inderdaad maar eens diep over nadenken. Jezus had het over onreine dingen die mensen wel eens doen. Maar als je iets doet met liefde, en nadacht over wat God zou willen, dan, zijn de dingen die je doet vanzelf goed, en ben je rein.
Dat Jezus zo boos werd, betekende vast dat Hij dit heel belangrijk vond!

Gebed
Gebed om een zuiver hart

Openingsgebed

Lieve Vader,
vandaag hebben wij over rein en onrein,
over water en over zuiverheid.
Dat zijn best moeilijke woorden, God.
Wij bidden dat wij het straks een beetje beter mogen begrijpen.
U vraagt van ons, God,
dat wij schoon zijn en een zuiver hart hebben.
Dat betekent dat wij leven vanuit ons hart
en dingen doen die goed zijn in uw ogen.
Wilt U ons daarbij helpen?
Dank U, God.
Amen

Slotgebed

Dank U, Vader,
voor deze gezellige kinderwoorddienst;
en wij hebben weer veel geleerd.
Het water dat wij gebruiken om ons te wassen,
wil ons meer dingen zeggen.
U vraagt van ons, God,
dat wij schoon zijn en een zuiver hart hebben;
dat wij rein zijn van binnen.
Dat betekent dat wij leven vanuit ons hart
en dingen doen die goed zijn in uw ogen.
Dat is wat die schaal met water ons vertelde.
Water is altijd leuk om mee te spelen
maar vandaag hebben wij er ook iets van geleerd.
Dank U God!
Amen

Verwerking
Gesprek met de kinderen

Vraag de kinderen of ze een aantal onreine dingen kunnen noemen.
Vraag de kinderen of ze een aantal reine dingen kunnen noemen.
Sta als dat nodig is eerst even stil bij het woord ‘rein’. Het Evangelie van vandaag gaf al een goede uitleg.

In heel veel geloven is jezelf wassen een manier om ‘rein’ te worden. Het is een ritueel dat helpt je klaar te maken voor het gebed.
Laat een aantal voorbeelden zien van jezelf wassen op de religieuze manier. U vindt deze bij de Extra’s.
U kunt het ritueel wassen ook met de kinderen samen doen. Door een bak met water in de kring te zetten.
Laat de kinderen kennis maken met deze rituelen en handelingen.
Praat daarna door over de reinheid die Jezus bedoelt. Niet het doen van de handeling is belangrijk (het volgen van de regel) maar dat wat zich in je hoofd en hart afspeelt.

zuiverhartStel de vraag of wassen voldoende is om rein te zijn? Ben je rein door alleen deze handeling te doen? Of is er meer nodig? Help de kinderen op weg door het verschil tussen schoon en rein helder te krijgen:

Als je jezelf wast, ben je dan rein of ben je dan schoon?
Als je een gemene gedachte hebt, ben je dan rein of ben je dan schoon?
Als je net hebt gedoucht maar je bent daarna gemeen tegen iemand ben je dan rein of ben je dan schoon?

hoezuiverisjouwhartIn de kerk bidden wij dat ons hart schoon en zuiver mag zijn. Mensen kunnen vaak dingen doen die niet goed zijn. Dan is het hart niet schoon en zuiver. Jezus vertelt hierover in het verhaal. Hij wijst op dingen die vies en lelijk zijn en zegt ons te leven vanuit ons hart. Want in het hart kunnen wij God ontmoeten.

Wassen op een religieuze manier

Wie van binnen rein wil zijn, kan juist ook van buiten zichzelf reinigen. Dat is niet alleen zo in onze kerk, ook Moslims bijvoorbeeld kennen uitgebreide reinigingsrituelen.
U kunt samen met de kinderen naar de afbeeldingen kijken, bijvoorbeeld tijdens het gesprek met de kinderen. 

Of u houdt een korte inleiding bij de foto's.
Schone handen staan symbool voor een schoon hart. Met een rein, zuiver, schoon hart bidt de priester dat hij waardig is het H. Brood vast te houden en dat zijn zonden vergeven mogen worden. Dezelfde gedachte speelt mee wanneer op Witte Donderdag de voeten worden gewassen. Paus Franciscus gaat hiertoe naar een gevangenis of een vluchtelingenkamp om de voeten te wassen van gevangenen ongeacht of je man of vrouw zijn, gelovig of anders gelovig of niet gelovig. In sommige parochies worden de voeten van de parochianen op die dag gewassen.
Ook voor het gaan bidden in een moskee wordt er volgens een precieze volgorde, handen, voeten, gezicht en voorhoofd gewassen. Daar speelt hetzelfde principe van reinheid en zuiverheid van het hart. Kijk hiervoor ook het instuctiefilmpje hieronder.

handen wassen priester

Een priester wast zijn handen voor de eucharistie.
paus voetwassing

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De paus en andere priesters wassen elk jaar op Witte Donderdag de voeten van gewone mensen, juist ook van die mensen die niet in zo hoog aanzien staan.

 

woedoe. 2

 

 

 

Islamitische kinderen leren al jong hoe zij zich ritueel kunnen wassen, voor ze naar de moskee gaan. 

Er is ook een filmpje waarin uitleg gegeven wordt. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 wudu ritueelstap 9

wudu ritueel stap 7

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Er is zelfs een speciale ruimte voor in de moskee.

wudu ruimte moskee

 

Extra's

Knutselen: Spons knippen

Sponzen zijn zacht, maar toch stevig en zijn verkrijgbaar in leuke kleuren. Bijna een knuffel. 

sponsfiguurLaat de kinderen hun eigen sponsknuffel maken door ze met een schaar een vorm te laten knippen van een spons. Laat het figuur eerst met viltstift op de spons tekenen.
In dit geval is het knippen van een hart het meest logisch en eenvoudigst. Maar andere vormen zijn ook mogelijk. Een bal, kruis, een artistiek object.

Dit kan alleen worden gedaan door kinderen die al veilig met een schaar kunnen omgaan. Geef goede instructies, zodat er in het enthousiasme niet in de vingers wordt geknipt.

Spelletje: Samen handen wassen

Handen wassen wordt een stuk grappiger als je het samen doet.
handenschoonmaak schemaTwee kinderen staan naast elkaar aan de wasbak en gebruiken elk maar één hand, de ‘buitenste’ hand om de hand van de ander te wassen.
Zijn die twee handen flink ingezeept en schoongespoeld? Dan afdrogen, ook met alleen de buitenste hand, en van plaats wisselen. Dan de andere twee handen wassen. Een goede oefening in samenwerking.

 

TIP: Op internet zijn talloze spelletjes met water te vinden. De meeste spelletjes moeten echter buiten plaatsvinden.

Achtergrond
Jezus roept op tot een rein hart

Werelds
Bij opvoeding horen de 3 R'en: Rust, Reinheid, Regelmaat. 
rust reinheid regelmaatVeel ouders gebruiken voor de opvoeding van hun kinderen bepaalde opvoedingsboeken of methoden, om de opvoeding enigszins te structureren. Eén van de bekendste opvoedings-technieken staat bekend als de “drie R’en”: Rust, reinheid en regelmaat. Met name in de 19e eeuw werden deze termen sterk benadrukt. Over de oorsprong van de drieslag rust, reinheid en regelmaat zijn verschillende theorieën in omloop. Zo zijn er mensen die denken dat het de Nederlandse variant is van de verpleegkundige waarden van Florence Nightengale, en zeggen anderen dat het afkomstig is uit christelijke (calvinistische) gedachtegoed, waarbij ook deze waarden van groot belang waren. Hoe het ook zij, wel is waarschijnlijk dat de termen afkomstig zijn uit de 18e eeuw, waarna ze in het begin met name door de verpleegkunde zijn toegepast.

Bijbels
Psalm 26:
“In onschuld was ik mijn handen (Latijn: lavabo), maak de ommegang om uw altaar,
dat mijn stem zich verheft in het danklied, ik de reeks van uw wonderen noem.”
Psalm 51:
“Zie, als zondig mens ben ik geboren, in die schuld bij mijn moeder verwekt;
waarheid eist Gij - zie! - tot op de bodem. ….Ik zal rein zijn, maak mij smetteloos: witter dan sneeuw, spreek mij weer van de volheid der vreugde - en mijn kracht die Gij brak springt omhoog. Wend uw aangezicht af van mijn zonden, al wat ik beging delg het uit; God, herschep mijn hart, maak het zuiver, geef mijn geest, diep in mij, nieuw bestand.

handen wassen priester2Deze citaten komen terug in de liturgie wanneer de priester tijdens de offerande zijn handen wast. Als attribuut een kannetje water en een schaal of schotel waarop het water wordt opgevangen. Maar ook de reiniging van de voorwerpen die in aanraking komen met het heilig Brood heeft hierbij strikte regels. Volgens kerkelijk voorschrift was in iedere sacristie een wasbekken aanwezig voor de handwassing van de priester voor de mis en voor de reiniging van zijn vingers en van het gewijde vaatwerk na de communie. Dit bekken bevond zich als regel in een muur langszij van het altaar en had een afvoer direct naar buiten, waardoor het gewijde water op gewijde grond terechtkwam. (het zogenaamde heilig putje)
Het gaat bij dit alles vooral om de zuiverheid van het hart, maar ook om de nederigheid:
‘Wie ben ik, God, dat ik deze heilige taak mag vervullen?’

Islam
woedoe. 18 09 02Woedoe (wudu), de Islamitische rituele wassing, is zowel een traditioneel ritueel als een praktische manier waarop moslims een goede fysieke en spirituele hygiëne nastreven. Om werkelijk woedoe te doen is het nodig dat je diep in jezelf gaat, je gedachten tot rust brengt en je volledig richt op wat je aan het doen bent. Woedoe bestaat uit elf stappen. Handen, mond, neus, gezicht, onderarmen, hoofd, oren en voeten worden vol intensiteit (niyya) gewassen.


donderdag 5 augustus 2021

Lef

 

jezus onbegripJezus heeft de omstanders die naar Hem kwamen luisteren (en ons) de afgelopen weken moeilijke kost gegeven. Maar Hij blijft bij wat Hij zegt. Hij neemt niets terug van zijn woorden. Daar is lef voor nodig. Hij merkt wel dat de mensen zich aan Hem ergeren en het te ver vinden gaan wat Hij zegt over zijn Lichaam en zijn Bloed en de weg naar eeuwig leven (de lezing van vorige week).
Onbegrip wordt ongeloof en mensen beginnen Jezus belachelijk te maken. Hij merkt dat zelfs zijn leerlingen het moeilijk hebben met zijn woorden. Hij wil ze in volle vrijheid laten kiezen en vraagt hen dan ook: "Willen jullie soms liever weggaan?" Want blijven bij iemand die niet begrepen wordt, vraagt ook moed.

Kinderen komen in hun klas, bij de sportclub of de scouting ook kinderen tegen die anders zijn en opvallen in hun gedrag. Het kind dat ‘anders’ is, heeft lef nodig om zichzelf te blijven. Maar er is ook lef nodig voor de anderen om een eigen mening te hebben en een goede omgangsvorm te vinden met iemand die ‘anders’ is. 

Opening
Lef is lief

Ga met de kinderen in de kring zitten rondom de kaars. 
Lees het onderstaande gedichtje voor met de titel ‘Lef is lief’.
Dit gedichtje is overgenomen uit Pluk het jaar! Kindergedichten voor alle seizoenen, Marjet de Jong, Adveniat, Baarn, 2018, blz. 66.

Lef is lief

Moedig zijn - is dat het zelfde als stoer?lefislief
Dapperheid - is dat zo iets als bravoure?
Durven - is dat met ogen dicht springen?
Lef hebben - is dat brutaal zijn en dwingen?
Nee, zo gemakkelijk is het niet:
‘Doe wat je wilt en pak wat je ziet!’

Lef is bedenken wat goed zou zijn,
en dóen wat goed is, voor iedereen fijn.
Diep in je hart weet je best hoe dat moet.
Blijf bij je hart, daar vind je de moed!

Als u het gedichtje gelezen heeft, leidt u het thema als volgt in: 

Jezus was een profeet. Hij voelde dat Hij dingen móest zeggen, dat God de Vader dat vroeg van Hem en dat het gewoon waar was wat Hij zei. Maar veel mensen vonden het veel te ver gaan. Ze konden er niet mee overweg. Ze hadden niet het lef om te blijven en keerden Jezus de rug toe. Maar zijn vriend Petrus zei: ‘Wij blijven hoor. Tot wie zouden wij anders gaan?’

Daar gaat de bijbellezing van vandaag over. Bidt het gebed en vraag de kinderen te luisteren naar het verhaal. 

Bijbel
Navertelling Johannes 6,60-69

De evangelielezing van vandaag is Johannes 6,60-69. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Weggaan of blijven

“Hoor je wat Jezus allemaal zegt?” Een man een vrouw zitten samen op een bankje en ze praten over Jezus. Ze vinden Hem een aardige man die goede dingen doet. Ze hebben met eigen ogen gezien hoe Hij een oude blinde man weer liet zien. Ze denken dat Hij een profeet van God is.
Maar er lijkt iets veranderd sinds de laatste week. Er wordt geroddeld over Jezus. De mensen zeggen dat het Hem naar zijn hoofd is gestegen. Dat Hij niet meer weet wat Hij zegt. Ze denken dat Hij gek is geworden. Hij zegt dat zijn bloed gedronken moet worden en zijn lichaam gegeten. De man en de vrouw twijfelen of ze de mensen moeten geloven die over Jezus kletsen of dat ze toch Jezus moeten geloven en volgen? Eigenlijk willen ze Jezus volgen. Maar ze zijn ook bang. 
jezus vraagt leerlingen te blijvenBang voor de mensen die over Hem roddelen en Hem zelfs kwaad willen doen. Stel dat de mensen die Hem kwaad willen doen ook bij hen komen. Wat dan? Ze vragen zich af wat ze moeten doen? Moeten ze weggaan of blijven?
“Het schijnt dat Jezus dit ook gevraagd heeft aan zijn beste vrienden”, zegt de man.
"Ze mochten zelf weten of ze weg wilden gaan of dat ze wilden blijven. 
Jezus weet wel dat Hij moeilijk te begrijpen dingen zegt, die wel eens heel vervelend voor Hem kunnen uitpakken. Maar toch blijft Hij bij zijn woorden. Jezus durft wel, Hij heeft wel lef!"


Gebed
Gebed om moed

Goede God
Jezus wist dat wat Hij zei
voor de mensen niet gemakkelijk te begrijpen was.
Toch bleef Hij bij zijn woorden.
Hij had het lef om te zeggen waar Hij in geloofde.
Hij liet de mensen de keus
om weg te gaan of bij Hem te blijven.
Ook wij hebben de keuze
of we wel of niet willen leven met U.
Wij bidden U:
Zend uw Geest als het voor ons moeilijk is.
Geef ons de moed om te blijven
en niet weg te gaan bij twijfel.
Het voelt goed samen met U op weg te zijn.
Dank U daarvoor, God.

Amen

 

Verwerking
Gesprek met de kinderen

Jezus viel op door wat Hij de mensen vertelde en de dingen die Hij deed.
Houd met de kinderen een brainstorm over de dingen die Jezus deed en die Hij zei.
Weten zij er een aantal?
Vraag de kinderen zich te verplaatsen in de mensen die er in de tijd van Jezus bij zijn geweest. Om het dichter bij hun wereld te brengen, kunt u de kinderen laten voorstellen dat Jezus hier nu zou zijn. Dat Hij door Nederland trekt en overal lezingen houdt. Eerst was iedereen heel blij met hem en er waren allemaal uitzendingen op televisie dat Hij zo goede dingen deed. Jezus was de held van de dag. Maar vrij plotseling verandert dat. Nu is er de hele tijd op de TV dat Hij allemaal rare dingen zegt op de plekken waar Hij komt. Mensen snappen niet wat Hij zegt. De mensen gaan twijfelen aan wat Hij doet. Vraag de kinderen of zij zich zouden laten beïnvloeden door dat nieuws bij hoe ze over Hem denken. Zouden ze blijven of weggaan? Het is niet erg wat zij kiezen, maar er is wel lef voor nodig om te kiezen bij Jezus te blijven!

Jezus gedroeg zich niet zoals de meeste andere mensen. Hij viel op!
Ook nu zijn er kinderen en mensen die zich opvallender gedragen dan de meeste mensen.
Mensen die opvallen door hun gedrag kunnen bewonderd worden. Maar soms worden ze ook lastig of irritant gevonden. (een voorbeeld voor u zelf kan bijvoorbeeld Johan Derksen zijn met zijn typisch uiterlijk en uitspraken. De ene is fan, de andere zapt weg als hij in beeld is.)

pippi langkousVraag aan de kinderen of ze kinderen kennen die opvallen door wat ze zeggen of wat ze doen. Bijvoorbeeld een kind dat altijd wel een mening heeft, de hele dag door alles heen praat, altijd de aandacht trekt, of zich weinig aantrekt van wat anderen van hem vinden. Hoe kijken de kinderen daar tegen aan? Vinden ze dat grappig of juist irritant. Trekt het hun aan of stoot het hun af?

Van mensen die opvallen worden vaak films, documentaires of programma’s gemaakt. Want als je anders bent dan anderen val je wel op!
Een verzonnen verhaal over een meisje dat heel anders was dan anderen is Pippi Langkous.
U kunt een stukje Youtube laten zien van Pippi Langkous ‘Spoenk’ U vindt dit bij de Extra's.  

Praat na het bekijken van het filmpje door met de kinderen: Stel dat een kind als Pippi bij jou in de straat woont. Zou je bevriend met haar willen zijn?
Zou je bij haar blijven of juist weggaan? Praat met elkaar over welke kanten er allemaal zitten aan het omgaan met een mens die zich onderscheidt van anderen door wat hij of zij zegt en doet.

Leg tot slot de kinderen één van deze stellingen voor:

1. OM TE ZEGGEN WAT JE DENKT HEB JE LEF NODIG.
2. OM ANDERS TE ZIJN DAN ANDEREN MOET JE LEF HEBBEN.

Vinden ze deze stelling waar of niet waar? 

Geef elk kind tot slot een boekenlegger LEF die u vindt bij de Extra’s en laat deze inkleuren.

Extra's
Lied: Iedereen is anders

Een liedje over brood en wijn, zoals we brood en wijn delen in de eucharistie. Om samen (mee) te zingen.

Iedereen is anders

Refrein:
Iedereen is anders, niemand is als jij
iedereen is anders, jij bent jou en ik ben mij
iedereen is anders, dat is nou eenmaal zo
iedereen is anders, okido! (2x)

Je bent misschien wat eigenzinnig
alleen jouw manier is goed
maar je moet goed begrijpen
dat iemand anders het anders doet!

want, ...

Refrein:
Iedereen is anders, niemand is als jij
iedereen is anders, jij bent jou en ik ben mij
iedereen is anders, dat is nou eenmaal zo
iedereen is anders, okido!

God heeft ieder mens geschapen
bijzonder en heel speciaal
met een uniek karakter
en zo verschillen we allemaal!

Refrein:
Iedereen is anders, niemand is als jij
iedereen is anders, jij bent jou en ik ben mij
iedereen is anders, dat is nou eenmaal zo
iedereen is anders, okido! (2x)

Tekst & Muziek: Marcel Zimmer
© 2000 Celmar Music


Filmpje: Pippi Langkous 'Spoenk'

Bij de verwerking kunt u samen kijken naar een fragment uit de kinderfilm / serie Pippi Langkous. Pippi is een meisje dat in geen enkel opzicht lijkt op andere kinderen. Dat kun je raar of vervelend vinden, maar je kunt het ook grappig vinden en op een goede manier mee omgaan. Het filmpje laat zien hoe dat gaat.


Knutselen: boekenlegger Lef

Met een mooie tekst op een boekenlegger, kom je de boodschap van het evangelie van vandaag steeds weer tegen.

  • Download de boekenlegger en druk hem af op stevig papier (of op normaal papier en laat hem dan later op steviger karton plakken)
  • Kleurpotloden of stiften
  • Scharen en lijm

Geef elk kind een boekenlegger en laat deze kleuren.
Zorg dat de boekenlegger goed stevig is.
Geef elk kind zijn of haar boekenlegger mee naar huis.
Als u kunt lamineren kunt u ervoor kiezen om hiermee de boekenlegger te verstevigen.


Spelletje: Doe, durf of waarheid

U gaat met de kinderen in een kring staan.leer te durven
Het kind rechts van u mag beginnen en heeft de beurt.
Dit kind wijst een ander kind aan en stelt de vraag: doen, durf of de waarheid.
Het aangewezen kind kiest één van deze drie.
Daarna stelt het kind dat de beurt heeft een vraag.

Bij doen mag degene die de beurt heeft een opdracht verzinnen voor de persoon die hij of zij heeft aangewezen. Wie aangewezen is moet de opdracht uitvoeren.
Bij durf mag degene die de beurt heeft een durf-opdracht geven aan de persoon die hij of zij heeft aangewezen. Degene die moet antwoorden moet het óf doen, óf zeggen dat hij of zij het niet durft.
Bij waarheid mag degene die de beurt heeft een waarheid-vraag stellen aan de persoon die hij of zij heeft aangewezen. Op deze vraag moet de aangewezen persoon de waarheid vertellen over wat hem of haar gevraagd is.

Hieronder vindt u voorbeelden van opdrachten en waarheidsvragen. 

Opdrachten (voor doen- en durf-opdrachten)

Waarheidsvragen

1.    Ren x-aantal rondjes gillend door de straat

2.    Zing  o denneboom 

3.    Trek een gek gezicht

4.    Doe een bekende reclame na

5.    Ga 1 minuut op 1 been staan

6.    Zeg iets aardigs over de ander

7.    Loop de moonwalk door de kamer

8.    Doe een handstand, of probeer het

9.    Smeer je hand helemaal vol met chocoladepasta

10. Ga 10 keer opdrukken

11. Ga raar lachen

1.    Ben je ooit zonder onderbroek naar school gegaan?

2.    Kan je, je neus aan raken met je tong?

3.    Welk dier zou je willen zijn? Waarom?

4.    Wat is je grootste blunder?

5.    Peuter je wel eens stiekem in je neus?

6.    Op wie ben je verliefd?

7.    Wat is je beste eigenschap?

8.    Wat is je slechtste eigenschap

9.    Waar ben je erg bang voor?

10. Heb je ooit iemand geslagen?

11. Ben je snel jaloers?

Achtergrond
Onbegrip rond Jezus

Dit is de laatste zondag van de broodrede. Vijf weken lang hoorde we delen uit het zesde hoofdstuk van het Johannesevangelie.
Het begon met de ‘Wonderbare broodvermenigvuldiging’; met het jongetje dat vijf broden en twee vissen had: ‘Vijf broden en twee vissen, het was zijn hele schat. Zou jij ze kunnen missen, als jij niets anders had?’, zong het lied van die zondag.
In de achtergrond bij die kinderwoorddienst (29 juli) wordt gewezen op het belang van dit verhaal. Het komt 7x voor in de Bijbel. Tweemaal in het Evangelie van Marcus, twee maal in het Evangelie van Lucas, tweemaal in het Evangelie van Matteüs en éénmaal in het Johannesevangelie. 
Hier bij Johannes is het de opmaat naar wat Jezus over zichzelf gaat zeggen: dat Hij het levende brood is dat uit de hemel is neergedaald.

Vorige week bereikte dit zesde hoofdstuk zijn climax: ‘Waarachtig, Ik verzeker u: als u het vlees van de Mensenzoon niet eet, als u zijn bloed niet drinkt, is er geen leven in u. Maar wie mijn vlees en bloed eet en drinkt, die bezit eeuwig leven: op de laatste dag laat Ik hem opstaan, want mijn vlees is echt voedsel, mijn bloed is echte drank.’

Ook vandaag de dag gaan deze uitspraken mensen soms nog te ver. Het is heel moeilijk voor zulke radicale uitspraken begrip op te brengen. Toch vormen zij de kern van ons geloof. In iedere eucharistie is dit wat er gebeurt op het moment dat door de woorden van de consecratie de priester brood en wijn tot Lichaam en Bloed van Christus transformeert. Om het belang van dit moment te onderstrepen, klinken er dan de belletjes, als om te zeggen: ‘Let nu op, dit is het; hier gaat het om’.
jezus onbegripDe transsubstantiatie, zoals het worden van brood en wijn tot Lichaam en Bloed van Christus heet, is een geloofsmysterie dat niet iedereen even gemakkelijk aanneemt. Deze worsteling van mensen is vandaag, in het laatste deel van het zesde hoofdstuk van het Johannesevangelie, terug te vinden. Velen keren Jezus de rug toe. Dit snappen zij niet; dit gaat boven hun pet; deze ommekeer kunnen zij niet mee maken. Het is te radicaal.

In het Evangelie staat het zo:
‘Toen keerden velen van zijn leerlingen Hem de rug toe en trokken niet langer met Hem mee. Hierop vroeg Jezus aan de twaalf: ‘Jullie willen toch niet óók weggaan?’
Simon Petrus antwoordde: ‘Maar Heer, naar wie zouden we gaan? In uw woorden vinden we inderdaad eeuwig leven. Wij geloven vast en zeker dat U de heilige van God bent.’
We kennen die vraag aan Petrus uit het lied ‘Hij ging van stad tot stad’. Het refrein is daar: ‘Alles heeft Hij welgedaan. Tot wie zou ik anders gaan.’ In het lied wordt niet getracht deze problematiek uit te leggen, maar wordt gewezen op wat er in feite uit voortvloeide: ‘Voor zieken en gewonden had Hij een woord, een onderdak. Hij gaf aan blinden het gezicht. De nacht heeft Hij verdreven, gaf doden weer het leven.’
Niet voor niets wordt er gesproken over het mysterie van de eucharistie. Ten diepste is wellicht niet te begrijpen wat hier plaatsvindt. Het lied spoort ons aan daar niet te lang bij stil te staan maar te gaan doen! ‘Daags voordat Hij gestorven is, heeft Hij het brood genomen: ‘Hiertoe ben ik gekomen, doet dit tot mijn gedachtenis.’ Door te doen, wat Jezus van ons vraagt door Jezus naam te belijden, zullen ook mensen wonderen kunnen verrichten ‘en als een lamp verlichten de lange gang van onze tijd’. Om te doen wat Jezus vraagt, tegen de stroom van de tijd in, dat getuigt van moed en van lef!!

Voor wie het niet kent, hieronder de hele tekst en de melodie van het lied Hij ging van stad tot stad.

hij ging van stad tot stad

Hij ging van stad tot stad, Hij sprak:
"tot u ben Ik gezonden."
Voor zieken en gewonden
had Hij een woord, een onderdak

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

Hij gaf aan blinden het gezicht,
de nacht heeft Hij verdreven,
gaf doden weer het leven.
Waar Hij voorbijging werd het licht.

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

Daags voordat Hij gestorven is
heeft Hij het brood genomen:
"Hiertoe ben ik gekomen,
doet dit tot mijn gedachtenis."

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

En alwie Jezus' naam belijdt
zal wonderen verrichten
en als een lamp verlichten
de lange gang van onze tijd.

Refr.: Alles heeft Hij welgedaan.
Tot wie zou ik anders gaan.

Hemels brood

 

Vandaag neemt het Evangelie ons mee naar de synagoge in Kafarnaüm waar Jezus de Joden vertelt dat zij zijn lichaam moeten eten en bloed moeten drinken om het eeuwig leven te krijgen.

eucharistie broodZijn woorden zorgen voor nogal wat opschudding. Ook in onze tijd zijn deze woorden nog moeilijk te begrijpen. Zeker voor kinderen is dit pittige kost. De symboliek en de betekenis van deze woorden bevatten een gelaagdheid die lastig is voor kinderen èn volwassenen! 

Met de kinderen proberen we op het spoor te komen wat het verschil is tussen gewoon brood en het brood (de hostie) van Jezus, en wat Jezus bedoelt met zijn lichaam eten en zijn bloed drinken.
Geen lichte kost, deze vakantietijd!


Opening
Een hostie en een boterham

Leg een tafellaken op een tafeltje. Zet daar 2 bordjes op (of als u heeft een bordje en een schaaltje voor de hostie, de pateen).

boterham op bordLeg op het ene bordje een gewone boterham en op het andere (de pateen) een hostie.hostie op pateen
Leg er eventueel een mes en een vork bij en twee (wijn) glazen of een wijnbeker en een (wijn)glas.
Zet een kaars in het midden op de tafel. Zet dit tafeltje in het midden en laat de kinderen er in een kring omheen gaan zitten.

Steek de kaars aan. Vraag aan de kinderen of ze bidden voor het eten en wat ze dan zeggen.
Wie een gebedje weet kan dat nu voorbidden. U kunt ook kiezen voor het Onze Vader.
Lees vervolgens de evangelielezing van deze dag.

Bijbel
Navertelling Johannes 6,51-58

De evangelielezing van vandaag is Johannes 6,51-58. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Hemels brood

Jezus is in de synagoge. Dat is de plek waar Joodse mensen komen om te bidden tot God. Jezus probeert daar de mensen steeds van alles uit te leggen over God. Vandaag gaat het over brood en wijn. Maar Hij bedoelt ander brood en andere wijn dan de mensen kennen. De mensen vinden het moeilijk. Het lijkt wel alsof ze er steeds minder van gaan begrijpen.

Vandaag zegt Jezus tegen de mensen: “Ik ben het brood uit de hemel dat jullie het leven geeft. Het brood dat Ik zal uitdelen is mijn eigen lichaam. Ik zal zelfs gedood worden om het aan jullie te geven.”

brood en wijnDe mensen beginnen met elkaar te discussiëren. Ze krijgen zelfs een ruzie over wat Jezus zegt. “Hoe kan Hij ons nu zijn lichaam te eten geven!?” Ze vinden dat Jezus dit niet kan zeggen, want ze denken dat het niet waar kan zijn.

Maar Jezus gaat nog verder. Hij zegt dat ze niet alleen zijn lichaam moeten eten maar ook zijn bloed moeten drinken. Zijn lichaam en zijn bloed zullen de mensen redden en zullen eeuwig leven geven. “Ik ben het brood uit de hemel”, zegt Jezus, “en wie ervan eet zal eeuwig leven!”
De mensen schudden hun hoofd en horen alles met onrust en verbazing aan.

Gebed
Gebed om brood en wijn

Lieve Jezus,
In het brood en in de wijn bent U bij ons.
Wij denken aan U als wij het brood delen.
Wij denken aan hoe U zei:
‘Blijf dit doen, want zo blijf Ik in jullie gedachten en in jullie leven’.
Elke keer als we samen komen,
denken we aan Uw woorden en spreken ze uit,
zoals U ze heeft uitgesproken.

Wij herinneren ons U op deze manier.
Dat is heel bijzonder!
Het geeft mij altijd een blij gevoel
omdat er zoveel mensen zijn
over de hele wereld die op deze manier U gedenken.
Allemaal doen we wat U ons heeft voorgedaan.
Als teken dat wij in U geloven.
Maak dat wij dat nooit vergeten!

Amen

Of bid het Onze Vader, met de vraag om ons dagelijks brood:

Onze Vaderbidden om brood
Onze Vader, die in de hemel zijt,
uw Naam worde geheiligd,
uw Rijk kome,
uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren
en breng ons niet in beproeving,
maar verlos ons van het kwade.
Want van U is het Koninkrijk,
en de kracht en de heerlijkheid,
Amen.

Verwerking
Gesprek met de kinderen

Vraag aan de kinderen of ze snappen dat de mensen verbaasd waren over wat Jezus zei.
Zijn ze zelf verbaasd?

Kinderen nemen wat ze zien of horen vaak letterlijk. Wanneer in het Evangelie gezegd wordt: “Jullie moeten mijn lichaam eten en mijn bloed drinken, anders kunnen jullie het eeuwige leven niet krijgen.” kunnen er allerlei beelden in hen op komen. Maar Jezus bedoelt niet dat wij zijn ‘lichaam’ eten en zijn ‘bloed’ drinken als een menseneter. In de symboliek en de betekenis van deze woorden wordt een laag aan geboord die u samen met de kinderen kunt gaan ontdekken.
Probeer stapje voor stapje de kinderen mee te nemen in het mysterie van de woorden van Jezus over zijn lichaam, bloed en eeuwig leven.

boterham tekeningbrood wijn bijbelPak de boterham en het brood/de hostie van de openingstafel. Vraag de kinderen wat het verschil is tussen de boterham en de hostie. Mogelijk krijgt u antwoorden als op brood zit beleg en boter en op het brood/de hostie nooit; de boterham is vierkant, bruin en de hostie is rond, geel; de smaak is anders, enzovoort.
Vraag waarom je op het brood/de hostie geen beleg doet? Wat maakt dat het brood dat we eten in de kerk bij de communie anders is? Als er niet iets gezegd wordt over dat de hostie met Jezus te maken heeft of een stukje van Jezus bevat dan kunt u zelf de vraag stellen welk brood met Jezus te maken heeft en welke niet.

Schrijf op een flapover:

Boterham

Gemaakt van meel, boter, suiker, melk

Brood/Hostie (we zeggen: het Lichaam van Jezus)

Gemaakt van water en meel

Levert je lichaam: 

Mineralen

Eiwit

Vitamines

Vet

Suikers

Levert je lichaam:

Liefde

Kracht

Warmte

Troost

Vraag aan de kinderen of beide soorten brood belangrijk zijn?
Geeft gewoon brood je liefde? Geeft het je kracht? Geeft het je troost?
Geeft het lichaam van Jezus/de hostie je liefde? Geeft het je kracht? Geeft het je troost?
Er is dus verschil tussen het gewone brood en het lichaam van Jezus dat in het brood tot ons komt.
Door het brood te eten worden wij opgenomen in de liefde en kracht van Jezus.

Lees zelf, of laat een kind het volgende gedichtje lezen:

Het graan, dat van de velden komt,brood uit de hemel 1
geeft voedsel aan zo velen.
De korrels vormen samen een brood,
om met elkaar te delen.

Het brood, dat mensen samenbrengt,
heeft Jezus ons gegeven.
Hij brak het en Hij zei tot ons:
“Wie hiervan eet zal leven”.

De schaal met brood, de beker wijn
doen ons aan Jezus denken.
Hij wil, wanneer wij samen zijn,
zijn liefde aan ons schenken.

(De tekst is afkomstig uit het lied ‘Alle mensen samen’. Componist A. de Kort)

Vertel de kinderen dat we elke keer als we het Avondmaal vieren gedenken dat Jezus tot ons komt. Jezus is in het brood en in de wijn. Vraag de kinderen of zij nog een verhaal uit de Bijbel weten waarin Jezus brood en wijn deelt en ook deze woorden zegt? (Het Laatste Avondmaal). U kunt hierop aansluitend het lied Brood en Wijn dat u vindt bij de Extra's samen zingen of laten horen.

Geef daarna de placemat 'Hemels brood' (zie Extra's) aan de kinderen om deze te kleuren.

Voor de kleinere kinderen is het praten over het brood voldoende.
Voor oudere kinderen kunt u er voor kiezen om nog door te praten over ‘het bloed’ en ‘het eeuwig leven’.
Leg ze de stelling voor: ‘door het lichaam en het bloed van Jezus dat tot ons komt in het Avondmaal verbindt Hij zich aan ons in dit leven en na de dood.’
Praat met de kinderen door hoe zij dit bloed zien? Kan dat op de zelfde manier als bij het brood bedoeld zijn? Hoe zien zij ‘eeuwig leven?’

De kleinere kinderen kunnen alvast kleuren.

Extra's
Lied: Brood en wijn

Een liedje over brood en wijn, zoals we brood en wijn delen in de eucharistie. Om samen (mee) te zingen.

Brood en wijn

Jezus breekt het brood,
kijkt zijn vrienden aan.
Het zal niet lang meer duren
totdat Hij zal gaan.
Hij geeft hun een beker,
een beker met wijn
en zegt: ’Na deze avond
zal alles anders zijn’.

‘Blijf dit doen en denk aan Mij
als je samenkomt.
Deel het brood en deel de wijn,
Ik zal bij je zijn.’

Wij breken nu het brood,
kijken elkaar aan.
Wij zijn bijeengekomen
om te delen in zijn Naam.
In het brood en in de beker met wijn
voelen wij het teken:
Hij zal bij ons zijn.

‘Blijf dit doen en denk aan Mij
als je samenkomt.
Deel het brood en deel de wijn,
Ik zal bij je zijn.’

Tekst: Allet Dopmeijer
Muziek: Marijke van der Ouderaa

Dit lied is overgenomen uit: Blijf dit doen, werkboek Eerste Communieproject, Adveniat, Baarn, Liesbeth Stalmeier, 2012, blz. 36 

Knutselen: placemat maken

De kleurplaat van vandaag kan dienst doen als placemat. Daarvoor moet hij wel gelamineerd worden.

Nodig:
- Afbeelding op A3 formaat gekopieerd
- stiften en kleurpotloden 
- Lamineerapparaat

Laat de kinderen de placemat kleuren.

Als u een A3 lamineerapparaat bezit is het leuk om de placemats te lamineren en dan mee te geven naar huis. Dan zijn ze langer te gebruiken. 

Achtergrond
Jezus' Lichaam en Bloed geven eeuwig leven

In deze weken zijn we in de ‘Broodrede’. Vanaf 29 juli tot 2 september lezen wij uit het zesde hoofdstuk van Johannes. Geen gemakkelijk hoofdstuk. Wellicht krijgt het zoveel aandacht omdat hier de achtergrond wordt gegeven van het Avondmaal; van Christus die Zichzelf deelde; brood en wijn worden zijn lichaam en bloed.
In de oudste tijden van de kerk is er veel discussie gevoerd over hoe het nu mogelijk was dat Jezus werkelijk mens was én tegelijkertijd zoon van God.

Mens en God tegelijk
Er is een verhaal dat in Efese aan de Bosporus in het huidige Turkije, waar een van de oudste concilies van de kerk is gehouden over deze kwestie de visverkoopsters op de markt elkaar met rotte vissen om de oren sloegen: ‘Jezus was zozeer mens dat Hij onmogelijk God kan zijn….’ zei de ene richting. En de andere: ‘Hij was zo zeer God dat Hij onmogelijk echt mens heeft kunnen zijn: Hij had een schijnlichaam.’
Raar, misschien, maar het waren andere tijden.
het brood des levens hermel alejandreEen concilie, een vergadering van kerkvaders, kwam tot het besluit: Christus was én volledig mens, én volledig God. “Hoe kan Hij ons zijn vlees te eten geven?”, is de vraag in het Evangelie van vandaag. Met ‘vlees’ is dan Jezus’ aardse verschijningsvorm bedoeld: zijn lijf.
Jezus is geen spookverschijning, een geest die je eigenlijk niet mag aanraken. ‘Hij is vlees geworden uit de maagd Maria’ zingen we altijd weer in de geloofsbelijdenis, het Credo, en van oudsher wordt het hoofd op dat moment even gebogen, uit respect voor die uiterste geheim. En de woorden die kern zijn van de Eucharistie: DIT IS MIJN LICHAAM, DIT IS MIJN BLOED.
Het is dat brood dat mensen op de been houdt, al eeuwen lang. Mensen van goede wil van alle eeuwen, hebben van die nabijheid, van zijn trouw aan ons hun niet altijd gemakkelijke levensweg volbracht. Ze hebben geleefd en volgehouden omdat ze wisten van Jezus uiterste solidariteit met ons, als mens onder de mensen, zijn leven, zijn lijden, zijn sterven en zijn dood voor ons. De solidariteits-dood die duisternis en wanhoop overwon.

Kafarnaüm
Deze evangeliepassage speelt zich af in Karfanaüm.
Karfanaüm was in de tijd van het Nieuwe Testament een groot dorp aan de westkust van het Meer van Galilea. Het had ongeveer 1500 inwoners. De huizen waren erg simpel en de wegen waren niet verhard. De mensen leefden van visvangst.
Als Jezus begint te prediken verhuist Hij naar Kafarnaüm (Matteüs 4,13). Hij doet daar meerdere wonderen. Ook wonen er Petrus en Andreas (Marcus 1,29) en Hij roept Jakobus, Johannes Zebedeus bij zich in Kafarnaüm (Marcus 1,19-20). Matteüs de tollenaar roept Hij in de buurt van Kafarnaüm, waar Matteüs werkt (Matteüs 9,9).
Jezus geeft onderwijs in de synagoge. Het lijkt erop dat Jezus zich sterk verbonden voelde met Kafanaüm gezien het feit dat deze plek veelvuldig genoemd is in de Bijbel als plek waar gebeurtenissen plaatsvonden.

(Bron: debijbel.nl)

placemat


Brood dat eeuwig leven geeft

jezus bread

Weer gaat het in het Evangelie over brood: brood uit de hemel. Dat is niet zomaar brood, maar brood dat eeuwig leven geeft. Om het nog lastiger te maken vertelt Jezus dat het hier niet om zoiets als manna gaat, dat tijdens de uittocht uit de hemel viel om de honger te stillen, maar dat het om Hemzelf gaat. Híj is het brood uit de hemel dat eeuwig leven geeft. Voor de omstanders in Kafarnaüm was dit pittige kost. Maar ook voor ons, volgers van Jezus die bekend zijn met hoe het verder met Jezus ging, blijven het lastige woorden.

Met de kinderen staan we stil bij het bijzondere van Jezus Zelf, en zijn woorden. Kan Jezus zowel 'uit de hemel' zijn, als 'zoon van Jozef en Maria'? En hoe bijzonder is het dan dat Hij Zichzelf voedsel noemt? Voorzichtig verkennen we die lastige begrippen.

Opening
Brood geeft leven

Op de tafel ligt een groen kleed en er brandt een kaars. 

broodOp de tafel ligt ook een brood.
Neem het brood in uw handen en vraag of de kinderen zich zouden kunnen voorstellen dat ze nooit meer brood zouden eten. Wat zou er dan gebeuren?
Vraag waar ze denken dat brood goed voor is. Waarom eten mensen eigenlijk brood? Hopelijk komen er antwoorden als 'het is gezond; het is goed voor je' enzovoort.

Stel dan de vraag: Als er een brood was dat zo gezond was dat je er eeuwig van kon leven, zou je dat dan eten?
Laat de kinderen vertellen waarom wel of waarom niet.

Bid dan met de kinderen het openingsgebed.

Bijbel 
Navertelling Johannes 6,41-51

De evangelielezing van vandaag is Johannes 6,41-51. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden, voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.

Brood voor eeuwig leven

Jezus had over Zichzelf gezegd: “Ik ben het brood dat uit de hemel gekomen is.”
De Joden die het gehoord hadden, zeiden tegen elkaar “Wij geloven daar niets van. Hoe kan Hij het brood uit de hemel zijn, Hij is gewoon de zoon van Jozef. Wij kennen zijn vader en moeder toch. Hoe kan Hij dan zeggen dat Hij uit de hemel is gekomen?”

kleurplaat ik ben het broodJezus antwoordde meteen: “Hou toch op met mopperen! De Vader heeft Mij gestuurd. En de mensen die naar Mij toekomen heeft Hij ook gestuurd, want iemand kan alleen maar naar Mij toekomen als God de Vader hem helpt. En het is belangrijk dat je komt, want alleen de mensen die naar Mij toegekomen zijn, zullen leven als Gods Koninkrijk komt.

In de heilige boeken van de Profeten staat dat God iedereen zal leren hoe je moet leven. Iedereen die naar Hem heeft geluisterd en wil leren hoe je moet leven, die komt naar Mij toe. Want Ik, die bij God vandaan kom, weet wat Hij wil. Niemand anders heeft ooit God de Vader gezien, alleen Ik.”

“Luister goed!”, zei Jezus daarna streng, “Als jullie in Mij geloven, zullen jullie eeuwig leven. Ik ben het brood dat leven geeft! Jullie voorouders hebben in de woestijn manna gegeten, dat was ook brood dat uit de hemel kwam. Maar uiteindelijk zijn ze toch dood gedaan. Maar als je het ware brood eet dat uit de hemel komt dan zal je voor altijd leven.”
Hij keek rond naar de mensen, en zei toen: “Ik ben dat hemelse brood, als je van dat brood eet, dan zal je eeuwig leven. Dat brood dat Ik zal uitdelen, dat is mijn eigen lichaam. Dat geef Ik, zodat jullie kunnen leven!”

Gebed
Gebed om te begrijpen

Lieve God,

Wij zijn maar gewone kinderen,
die luisteren naar verhalen over U.
En wij luisteren naar verhalen over uw Zoon,
die vertelt dat Hij brood voor ons is;
dat Hij de weg is naar een leven voor altijd bij U.

Help ons die verhalen te begrijpen, God,
en laat ons zien
hoe wij de juiste keuzes kunnen maken.
Wij geloven dat U ons altijd helpt.
Help ons dan ook
om ons leven te leven
met Jezus als vriend op ons levenspad.

Amen

Verwerking
Gesprek met de kinderen

Vraag eerst aan de kinderen of ze het verhaal begrepen hebben; het is een moeilijk verhaal.
Vraag dan aan de kinderen: 'Wat zeggen de mensen over Jezus en wat zegt Jezus over zichzelf?'
Laat de kinderen dit in hun eigen woorden vertellen. Vraag daarna aan de kinderen waarom ze denken dat de mensen Jezus niet geloven? 'Stel je eens voor dat jij daar in het verhaal stond; zou jij Jezus geloofd hebben?' Vraag ook of het misschien ook allebei waar kan zijn? En hoe dan?

Mensen kennen Jezus al langer. Ze weten waar Hij geboren is, en waar Hij vandaan komt. En nu zegt Jezus plotseling dat hij uit de hemel komt. Dat kan toch niet? Of kan dit wel. Onderzoek samen eens wat kinderen hierover vinden en op welke manier zij deze twee kanten met elkaar kunnen verbinden.

Daarna kunt u doorpraten over de beide beelden die aan de orde komen over Jezus.
De mensen zeggen: Jezus is de zoon van Jozef en Jezus zegt: "Ik ben het brood dat leven geeft."

handjes1Ga in gesprek met de kinderen over de vraag welk beeld ze zelf hebben van Jezus. Vraag bijvoorbeeld: 'Wat vind jij van Jezus en hoe zou je dit kunnen omschrijven in een woord, een gebaar of een tekening.'

Laat de kinderen dan hun handen omtrekken op een vel papier en daarna schrijven of tekenen ze in de ene hand woorden of een tekening van Jezus als zoon van Jozef en in de andere hand maken ze een tekening of woorden die horen bij Jezus als levend brood (Zoon van God).

Kijk samen naar wat de kinderen opgeschreven hebben, en geef eventueel nog wat toelichting:
Jezus spreekt in raadselen; HIj spreekt een andere taal. Jezus spreekt hier geen letterlijke taal maar geloofstaal. 
Vertel ook dat de mensen toen natuurlijk niet wisten dat Maria bezocht was door de engel Gabriel. Ze weten niet wat wij weten. Nu twijfelen ze dus aan Jezus. Jezus antwoordt daarop dat hij het brood uit de hemel is. 

Hier is eerder in de Bijbel al een verhaal over. Brood is in deze tijd heel belangrijk om van te leven. Ook voor de mensen in de woestijn. Kunnen de kinderen zich dat nog herinneren? De uittocht uit Egypte? Toen kwam er ook een soort van brood uit de hemel. Dat brood was gewoon om te overleven.
Er werd toen brood beloofd waar mee je eeuwig zou kunnen leven. Dit brood is dus geen letterlijk brood. Dit brood is Jezus. Jezus vertelt in dit verhaal dus dat Hij het brood is. Dat Hij eeuwig leven geeft. Als je voor Jezus kiest, dan kun je dus voor eeuwig leven. Niet hier op aarde, maar wel in de hemel. 

Extra's
Knutselen: bijzonder eten maken

Het brood van Jezus is heel erg bijzonder, en de priester deelt dat bij de eucharistie uit. Het is meer dan brood.
Maar wij kunnen op een andere manier ook wel bijzonder eten maken.
Om na de kerkdienst of tijdens het knutselen samen van te smullen.

Nodig:
fruit flower

  • Saté prikkers
  • Koekjes vormen
  • Fruit

Snijd een appel (of ander fruit) in platte plakken en druk met koekjesvormen leuke figuren uit. Rangschik ze op een bordje en deel uit!

of

Schuif een saté prikker vol met witte druiven en haal uit twee van de druiven de pitjes. Maak met een prikker twee inkepingen in de voorste druif en steek die pitjes daarin. Nu heeft u een druivenrups. Maak er een heleboel en deel uit!

fruit druivenslang

 

of

Zoek op fruittraktaties op het internet van bijzonder eten (of bedenk zelf iets) en stuur ons dan een foto van het resultaat zodat wij al uw goede ideeën later hier nog kunnen toevoegen!

 


Knutselen: Jezus die uit de hemel komt

‘Jezus komt niet uit de hemel, want wij kennen zijn ouders’, dachten de mensen. 
Hoe stellen de kinderen zich voor dat Jezus uit de hemel had moeten komen, zodat de mensen Hem zouden geloven? Zoals Hij wegging misschien? (Hoe was dat dan?)
We maken er een voorstelling van.


Benodigdheden:jezus uit de hemel

- Bekertje
- Witte watten
- Touwtje
- Plakband
- Plaatje van Jezus

Beplak het plastic bekertje met watten tot het op een wolk gaat lijken. Zorg ook voor wol aan de onderkant, maar laat een opening, zodat Jezus in de wolk kan verdwijnen, en er uit tevoorschijn kan komen.
Maak een gaatje in de bovenkant van het bekertje.
Plak het plaatje van Jezus onder aan het touwtje. 
Doe dan de bovenkant van het touwtje door het bekertje en haal het plaatje van Jezus op tot in het bekertje.
Laat het dan aan de onderkant uit de wolken komen door het touwtje te laten zakken. Zo komt Jezus van de hemel naar de aarde.

jezus op wolk2 jezus open armen

Of laat de kinderen zelf het plaatje inkleuren en uitknippen.

jezus op wolk

 

 

 

 

Achtergrond
Ik ben het brood des levens

In de Johannesevangelie wordt in het hele hoofdstuk 6 gesproken over het brood uit de hemel, dat Jezus is. Telkens wordt de verbinding met de Vader benadrukt, en steeds spreekt Jezus over het brood dat leven geeft, voor altijd. Dat brood is Hij zelf.
Lees daarom ook de achtergrondinformatie bij de vorige en de volgende zondagen. 

Brood
Dit verhaal zit vol met verwijzingen naar verhalen die we waarschijnlijk beter kennen dan dit verhaal. Het belangrijkste uit dit verhaal is het brood. Dit brood komt door de hele Bijbel heen terug. Brood was in deze tijd een van de belangrijkste manieren om te overleven tijdens lange tochten. Houdbaar voedsel is in die tijd nog schaars. Zeker als je brood niet laat rijzen is het heel lang houdbaar en erg voedzaam. Hierdoor is het een mooie vergelijking met overleven, en voor eeuwig leven. Mensen overleven in deze tijd op brood. Jezus sluit bij die kennis van de mensen aan. Hij voegt er nog iets aan toe: Op Jezus’ brood kun je zelfs eeuwig leven! 

Toch is wat Jezus hier verkondigt ook in zijn tijd ontstellend en verwarrend. De Joodse leiders komen er tegen in opstand, en ook veel van Jezus' volgers zullen door zijn woorden afhaken. Wat Hij zegt past niet binnen hun denkwereld. Dat is niet verrassend, want ook binnen onze tijd zijn de woorden van Jezus niet vanzelfsprekend en gemakkelijk te begrijpen. 

eucharistie broodDit is mijn Lichaam
De laatste zin van de lezing van vandaag (Johannes 6,51) doet sterk denken aan het Laatste Avondmaal. 'Het brood dat ik zal geven is mijn Lichaam.' Zo loopt Johannes vast vooruit op wat komen gaat.
Dat Jezus zegt dat het brood zijn Lichaam is, horen wij nog elke zondag in de Eucharistieviering bij de consecratie. 

Johannes gebruikt hier de woorden vooral om de sterke band tussen Jezus en zijn volgelingen aan te duiden. In de tijd van Jezus volgden leerlingen een leraar tot ze uitgeleerd waren, en dat was meestal een lange tijd van hun leven, misschien wel hun hele leven. Of het leven van de leraar. 
Wij volgen Jezus nog tot op de dag van vandaag. Ook voor ons is Hij een leraar, die ons hemels brood te eten geeft. Pas wanneer het Rijk van God er is, zullen we als mens uitgeleerd zijn. Dan hoeven we niet meer te volgen. Dan zullen we kunnen zien.