Opening
Kritiek hebben en kritisch zijn
Op een groene doek ligt een bijbel, staat een kaars en liggen een aantal kranten waarin te lezen is dat het niet goed gaat met onze planeet/met vredesonderhandelingen/met het gewicht van onze kinderen etc.
Vertel aan de kinderen dat u kritiek hebt gehad op een maaltijd die u had gekookt. (of een vergelijkbare kwestie) Die kritiek was terecht, u had zich er wat haastig van af gemaakt. Bespreek dan samen hoe je omgaat met terechte kritiek.
Vraag aan de kinderen:
Wie mag kritiek op jou hebben?
- Mensen die je goed kennen, mensen die van je houden, mensen die je vertrouwt…
Wanneer mag er kritiek op jou geuit worden?
- Als het opbouwend is, als het je verder helpt, maar misschien ook alleen als je goed in je vel zit….
Aan welke voorwaarde moet kritiek voldoen?
- Het moet je helpen, moet liefdevol geuit worden, moet realistisch zijn…
Ga ook in op voorbeelden van kritiek die alleen maar negatief is.
Vertel tot slot aan de kinderen dat Jezus soms ook heel kritisch was. En dat mensen daar heel boos over konden worden.
Bid dan samen het openingsgebed en vertel of lees het evangelieverhaal.
Bijbel
Navertelling Lucas 4,21-30
De evangelielezing van vandaag is het vervolg op de lezing van vorige week en gaat over de ontvangst van Jezus' boodschap door zijn vroegere buren en stadsgenoten. Voor de jongste kinderen kan de navertelling gebruikt worden; voor wat oudere kinderen is de vertaling uit b.v. het Evangelieboek voor kinderen of de Bijbel in Gewone Taal ook heel goed te begrijpen.
Pijnlijke waarheden
Vorige week hoorden we dat Jezus in de synagoge van zijn woonplaats Nazaret aan het preken was. Zijn preek ging over een uitspraak van de profeet Jesaja. Deze profeet zegt dat de wereld zal worden zoals God dat wil. Jezus vertelde de mensen in de synagoge dat Hij Jesaja’s droom ging laten uitkomen.
Iedereen werd daar blij van. Ze waren verbaasd dat Hij zulke liefdevolle dingen zei. Tegelijk vroegen ze elkaar wel een beetje verrast: “Jezus is toch gewoon de zoon van Jozef?”
Daarom zei Jezus: “Jullie willen vast zeggen: Jezus, bewijs jezelf maar! Je deed bijzondere dingen in Kafarnaüm, doe het nu ook maar hier in je eigen woonplaats.” Hij schudde zijn hoofd en zei: “Er is een gezegde: ’Naar een profeet wordt nooit geluisterd in zijn eigen woonplaats.’ Je kunt dat lezen in de Bijbel; Ik zal jullie twee voorbeelden geven. Denk maar aan de profeet Elia. In zijn tijd regende het ruim drie jaar niet in ons land, en er heerste hongersnood. Toch gaf God Elia de opdracht om naar het buitenland te gaan, naar een weduwe in Sarepta. En heb je het verhaal over de profeet Elisa nog in je hoofd? Overal in Israël leefden mensen met een huidziekte. Maar Elisa maakte niemand van hen beter. De enige die genezen werd was Naäman. En hij kwam uit Syrië.”
Toen ze dit hoorden werden alle mensen in de synagoge woedend. Ze sprongen overeind, joegen Jezus de stad uit tot aan de gevaarlijke rand van de berg waarop hun stad gebouwd was. Ze wilden Hem naar beneden gooien. Maar Jezus draaide zich vastberaden om en liep midden tussen hen door. Hij vertrok uit Nazaret.
Gebed
Gebed om onszelf te leren kennen
Goede God,
Jezus is naar ons gekomen
om ons te helpen
om de waarheid over onszelf te ontdekken.
Dat is niet altijd makkelijk.
Toch is het wel het beste voor ons
als we doen wat God van ons vraagt.
Help ons, om te luisteren naar Jezus
ook als Jezus andere dingen zegt
dan wij graag willen horen.
Dat vragen wij U in Jezus Naam.
Amen
Verwerking
Gesprek met de kinderen
Jezus is vandaag op de eerste plaats een profeet. Hij stapt nadrukkelijk in het voetspoor van drie oudere profeten, te weten Jesaja, Elia en Elisa.
Profeten zijn mensen die als opdracht hebben om de mensen de waarheid te vertellen, ook als die waarheid niet zo prettig is. In de Bijbel hebben ze deze opdracht meestal van God. In onze tijd kan een profeet die opdracht ook diep van binnen voelen zonder dat hij of zij in God gelooft. Zo zijn er bijvoorbeeld profeten die waarschuwen voor de gevolgen van onze levensstijl voor de schepping. Profeten worden vooral bedreigend als ze kritiek hebben op iets wat wijzelf doen. Daar willen we met de kinderen over in gesprek gaan.
Maak daarvoor drie flappen.
Op de eerste flap staat op enige afstand van elkaar:
1. De milieuprofeet zegt: “Iedereen mag per jaar nog maar de helft van het aantal vliegreizen maken.“
2. De vredesprofeet vrede zegt: “Alle wapenfabrieken moeten sluiten.”
3. De profeet voor de armen zegt: “Grote fabrieken moeten iedereen hetzelfde loon geven, waar ook ter wereld.”
Op de tweede flap staat op enige afstand van elkaar:
1. De milieuprofeet zegt: “Ieder gezin mag voortaan nog maar één auto hebben.”
2. De vredesprofeet zegt: “Alle kinderen moeten op school veel leren over de oorlog en hoe erg dat was.”
3. De profeet voor de armen zegt: “Mensen in Nederland verdienen teveel, voortaan krijgen ze maar de helft van het geld.”
Op de derde flap staat op enige afstand van elkaar:
1. De milieuprofeet zegt: “Vanaf vandaag mogen er geen iPads meer worden verkocht.”
2. De vredesprofeet zegt: “Kinderen, die elkaar niet aardig vinden moeten juist samen een opdracht maken.”
3. De profeet voor de armen zegt: “Niemand mag nog zeggen dat speelgoed van hem of haar is. Het is altijd van iedereen.”
Hang de eerste flap op en bespreek met de kinderen wie dat niet leuk zou vinden om te horen. Schrijf hun antwoorden op onder de vragen.
Hang dan de tweede flap op en doe hetzelfde.
Hang tenslotte de derde flap op en doe opnieuw hetzelfde.
Leg dan uit: Hoe dichter iets jouw eigen leven raakt, hoe moeilijker je het zult vinden om in te zien dat een profeet eigenlijk gelijk heeft met zijn opmerkingen. En wat doe je als je iets hoort wat je eigenlijk niet wilt horen?
Laat waar mogelijk aan de kinderen zien dat in de kranten van vandaag wel degelijk tips staan die ons aansporen om een ander leven te gaan leiden.
Dat gold ook al voor de mensen in Nazaret. Zij zeiden zelf al dat Jezus de zoon van Jozef de timmerman was. Jezus helpt hen in te zien, dat zij Hem ook niet anders konden en wilden zien dan dat, en dat ze daardoor doof waren voor zijn eigenlijke, profetische boodschap over het Rijk van God.
Geef de kinderen de kleurplaat van de profeet. Laat ze spreekwolkjes tekenen rond de profeet met daarin een boodschap die de kinderen graag aan de mensen zouden willen doorgeven. De kleurplaat vindt u bij de Extra's.
Extra's
Kleurplaat profeet
Een profeet heeft een boodschap. Laat de kinderen die zelf toevoegen in een letterwolkje, zoals bij een stripboek.
Collage maken
Met een grote stapel kranten is het heel goed mogelijk om artikelen die ons aansporen onze leefwijze te veranderen in het belang van de aarde/de armen/de vrede op te zoeken. Laat de kinderen van deze artikelen een collage op een groot flap-overvel maken.
Nodig:
een flapover vel
een stapel kranten en tijdschriften
scharen
lijm
dikke viltstiften
Achtergrond
Jezus in de synagoge van Nazaret
Het verhaal over Jezus in de synagoge van Nazaret heeft de kerk in twee delen geknipt. Deze zondag lezen we het tweede deel, vorige week kon je het begin horen. Door zo te knippen, ligt de nadruk voor vandaag op de transformatie die Jezus doormaakt van zoon van een timmerman naar een profeet met een blijde boodschap. Ook ontdekken we op deze manier al aan het begin van het Evangelie van Lucas dat er weerstand is tegen de boodschap van Jezus. Weerstand die levensbedreigend is. De missie van Jezus is niet ongevaarlijk voor Hemzelf. Dat gold net zo voor de profeten die Jezus als voorbeeld aanhaalt, als Hij zijn dorpsgenoten toespreekt.
Synagoge
In de tijd van Jezus was het gebruikelijk dat men op Sabbat, de zevende dag, zich verzamelde in de synagoge. Daar werden gezamenlijk liederen gezongen, maar vooral werd er uit de heilige boekrollen gelezen. Iedere volwassen man mocht het woord nemen om uit te leggen wat hij begreep van deze bijbelwoorden. Jezus neemt hier op een vanzelfsprekende manier aan deel.
Jesaja
Jezus citeert Jesaja en verklaart dat Hijzelf zal uitvoeren wat Jesaja schrijft. Jesaja is één van de grote profeten van het Oude Testament. Hij leefde in Jeruzalem en had waarschijnlijk contact met de koningen tussen 740 en 698 voor Christus. Hij en zijn leerlingen schreven samen aan het bijbelboek Jesaja. In zijn verkondiging legt Jesaja enerzijds de nadruk op het vertrouwen dat wij moeten hebben in God. We moeten niet allemaal verbondjes sluiten met onbetrouwbare mensen, maar erop vertrouwen dat God ons helpen zal. Anderzijds heeft Jesaja felle kritiek op de misstanden in zijn tijd. Vooral het uitbuiten van de armen door de rijken kan op zijn scherpe kritiek rekenen.
Elia en Elisa
Elia en Elisa zijn profeten die we tegenkomen in de boeken I en II Koningen. Elia is vooral bekend van zijn strijd tegen koningin Izebel en de heidense invloeden die zij meebrengt naar het hof. Op een dag gaat Elia naar de echtgenoot van Izebel, Achab, om hem te vertellen dat het drie jaar lang niet zal regenen in het land. Tijdens die drie jaar verblijft Elia bij een weduwe en haar zoon in Sarefat, uitgerekend het gebied waar Izebel vandaan komt. De kruik met olie en de pot met meel van deze weduwe raakt niet leeg, waardoor zij en Elia niet van de honger omkomen. Als de enige zoon van deze weduwe sterft maakt Elia de jongen weer levend.
Elisa is de opvolger van Elia. In de lezing verwijst Jezus naar het feit dat Elisa een melaatse Syriër geneest door hem de opdracht te geven zich te baden in de rivier de Jordaan.
Het verhaal van Elia en de weduwe van Sarefat vindt u in I Koningen 17. Het verhaal van Elisa en Naäman is te lezen in II Koningen 5.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten